Inhoud
- Verevening
- Conversie
- Twee op de drie vrouwen bespreekt pensioen niet bij scheiding
- Uitruil woning tegen pensioenrechten bij echtscheiding is belast inkomen
- Pensioen automatisch verdeeld bij scheiding
- Verzekeraars pleiten voor verplicht pensioenplan bij scheiding
- Modernisering pensioenverdeling bij scheiding
- Wetsvoorstel pensioenverdeling bij scheiding 2021 ingediend
- Pensioenverdeling bij scheiding moet eenvoudige
- Invoering wet Pensioenverdeling verschoven naar 2022
- Aanspraak op pensioen volgens de Boon Van Loon regeling
Zie ook subparagraaf Nabestaandenpensioen
Verevening
De verdeling van ouderdomspensioen bij echtscheiding vindt plaats op basis van de
Wet verevening pensioenrechten bij scheiding (WVPS).
Beide partners hebben recht op de helft van het pensioen dat tijdens het huwelijk is opgebouwd. Ze kunnen wel in de huwelijkse voorwaarden of in het scheidingsconvenant een andere verdeling afspreken. De verdeling van het pensioen geldt ook voor partners die van tafel en bed scheiden.
De pensioenuitvoerder betaalt het verdeelde ouderdomspensioen rechtstreeks uit aan beide ex-partners. Deze moet dan wel van de scheiding weten. Daarom moet de pensioenuitvoerder binnen twee jaar na de scheiding het formulier Mededeling van scheiding in verband met de verdeling van ouderdomspensioen toegestuurd krijgen.
Conversie
Bij echtscheiding kunnen deelnemer en ex-partner overeenkomen dat de pensioenen die aan de ex-partner toekomen (deel van het ouderdomspensioen en het bijzonder nabestaandenpensioen) worden omgezet in een eigen pensioen voor de ex-partner. Meer informatie is te vinden op de site van de
Rijksoverheid.
Twee op de drie vrouwen bespreekt pensioen niet bij scheiding
45 procent van de gescheiden vrouwen denkt dat een scheiding geen invloed heeft op het pensioen. En dat terwijl een scheiding juist wel degelijk invloed heeft op het opgebouwde pensioen van beide partners.
Een derde van de vrouwen weet ook niet dat ze hierover iets moeten vastleggen bij een scheiding. Ook blijkt dat 25 procent van de vrouwen niet weet of zij tijdens het huwelijk pensioen heeft opgebouwd. (Bron en meer: Knechtmans,
12 jun. 2017)
Redactie: Of mannen bij een scheiding wel het pensioen bespreken, wordt niet vermeld. Gevolg, nu denkt de lezer alleen 'wat een domme vrouwen'. Een voorbeeld van (mogelijk niet opzettelijke) indirecte discriminatie.
Uitruil woning tegen pensioenrechten bij echtscheiding is belast inkomen
Een man en vrouw leggen in de echtscheidingsakte de verdeling van de boedel vast. De vrouw krijgt de echtelijke woning toebedeeld. De man krijgt ter compensatie een deel van de pensioenrechten van de vrouw. De inspecteur rekent het aan de man toebedeelde pensioen tot het box-1-inkomen van de vrouw. (Bron: Jurisprudentie,
14 dec. 2017)
Pensioen automatisch verdeeld bij scheiding
Na een echtscheiding wordt het pensioen voortaan automatisch verdeeld over beide ex-partners. Minister Koolmees stelt dit d.d. 8 maart 2018 voor in een
brief aan de Tweede Kamer.
Na een scheiding heb je recht op de helft van het pensioen dat je ex-partner heeft opgebouwd tijdens het huwelijk of geregistreerd partnerschap. Maar dat moet je wel op tijd doorgeven aan je pensioenfonds, binnen 2 jaar. Als je dat vergeet of te lang uitstelt, moet je de uitbetaling zelf met je ex-partner regelen, ook als die daar geen zin in heeft.
Pensioenfondsen moeten de pensioenrechten ook direct na scheiding gaan verdelen tussen de ex-partners. Nu gebeurt dat pas vlak voor de ingang van het pensioen, waardoor ex-partners levenslang afhankelijk van elkaar blijven voor beslissingen over hun pensioen.
Minister Koolmees heeft zijn plannen om de pensioenen van scheidende partners automatisch te verdelen ter consultatie online gepubliceerd. De consultatie loopt tot 24 januari 2019. Koolmees had in maart 20 (zie boven) al aangekondigd zijn plannen medio 2019 in een wetsvoorstel te gieten.
Verzekeraars pleiten voor verplicht pensioenplan bij scheiding
Mensen die scheiden zouden bewuste afspraken over de verdeling van hun pensioen moeten maken. Daarvoor zou de overheid een pensioenplan moeten introduceren, bepleiten het Verbond van Verzekeraars en de Pensioenfederatie vrijdag in een reactie op een wetsvoorstel van minister Wouter Koolmees van Sociale Zaken.
Nu is het nog zo geregeld dat het tijdens het huwelijk opgebouwde ouderdomspensioen wel wordt verdeeld, maar dat je dat zelf moet regelen via een pensioenfonds. Dat moet binnen twee jaar na de scheiding gebeuren.
De Pensioenfederatie en het Verbond van Verzekeraars zijn ook voor een automatische verdeling, maar pleiten wel voor een aantal verbeterpunten. Zo willen ze dat de wijziging ook mogelijk wordt bij scheiding van tafel en bed en op verzoek voor ongehuwd samenwonenden. (Bron: Nu,
25 jan. 2019)
Modernisering pensioenverdeling bij scheiding
De verdeling van pensioenen voor partners die gaan scheiden wordt gemoderniseerd. Dat wordt beoogd met het wetsvoorstel pensioenverdeling bij scheiding 2021 waarmee de ministerraad op voorstel van minister Koolmees van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft ingestemd.
Wanneer de wet wordt ingevoerd krijgen beide ex-partners een zelfstandig recht op een deel van het ouderdomspensioen dat ze tijdens het huwelijk opbouwden. Hierdoor krijgen ex-partners meer inzicht in wat hun financiële situatie na pensionering wordt. Deze wetswijziging verbreekt de levenslange afhankelijkheid tussen ex-partners op pensioengebied.
Na inwerkingtreding verdelen pensioenuitvoerders de pensioenen automatisch zodra ze een melding van een scheiding krijgen. Ex-partners kunnen straks aangeven als ze het pensioen niet willen verdelen. Ook kunnen ze samen andere afspraken over de verdeling maken.
De ministerraad heeft ermee ingestemd het wetsvoorstel voor advies aan de Raad van State te zenden. De tekst van het wetsvoorstel en van het advies van de Raad van State worden openbaar bij indiening bij de Tweede Kamer. (Bron: Rijksoverheid, 29 mei 2019)
Wetsvoorstel pensioenverdeling bij scheiding 2021 ingediend
Op 16 september 2019 hebben minister Koolmees van Sociale zaken en Werkgelegenheid en minister Dekker van Rechtsbescherming het wetsvoorstel ‘verdeling van pensioenen bij scheidingen 2021’ naar de Tweede Kamer gestuurd.
Het belangrijkste voorstel is de conversie van de pensioenrechten. Bij conversie krijgen beide ex-partners een zelfstandig recht op pensioen dat standaard de helft van het tijdens het huwelijk door de ander opgebouwde pensioen zal zijn. Ex-partners kunnen ook aangeven dat zij het pensioen niet willen verdelen of dat zij andere afspraken over de verdeling maken.
Andere voorstellen zijn:
- Het recht op uitkering van het vereveningsdeel van het ouderdomspensioen van de vereveningsplichtige heeft een voorwaardelijk karakter. Als de vereveningsgerechtigde overlijdt, vloeit het vereveningsdeel van het pensioen terug naar de vereveningsplichtige.
- Met het wetsvoorstel wordt geregeld dat pensioenuitvoerders pro-actief overgaan tot verdeling van het ouderdomspensioen door conversie, tenzij de ex-partners aangeven dat zij de verdeling niet willen (opt-out) of dat zij een afwijkende afspraak over de verdeling van het ouderdomspensioen hebben gemaakt.
- Verevening vindt niet plaats indien de vereveningsuitkering op het moment van de scheiding minder bedraagt dan het bedrag van de afkoopgrens (2019: € 484,09).
- Er komt voor een klein bijzonder partnerpensioenen een recht op uitruil. De verdelingsgerechtigde partner krijgt het recht om een klein bijzonder partnerpensioen om te zetten in een eigen ouderdomspensioen.
- Er komt een grens voor een zeer kleine bijzonder partnerpensioen. Conform de Wet waardeoverdracht klein pensioen zal de grens op € 2,- per jaar liggen.
Pensioenverdeling bij scheiding moet eenvoudiger
Op 13 februari 2020 informeerde de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid de Tweede Kamer met een nota naar aanleiding van het schriftelijk verslag van de Tweede Kamer op 3 december 2019. De beantwoording van de vragen leidt voor pensioenfondsen nog niet tot de gehoopte vereenvoudiging van het wetsvoorstel. Het is met het oog op de gewenste complexiteitsreductie in het pensioenstelsel belangrijk dat pensioenverdelingen adequaat én geautomatiseerd kunnen worden uitgevoerd.
Na een eerste lezing van de nota concludeert de Pensioenfederatie dat verdere vereenvoudiging noodzakelijk is. In overleg met de Tweede Kamer en de minister blijft de Pensioenfederatie de komende periode graag stappen in die richting zetten. (Bron: Pensioen Federatie, 17 feb. 2020)
Invoering wet Pensioenverdeling verschoven naar 2022
Het wetsvoorstel "Pensioenverdeling bij scheiding" wordt op verzoek van de Tweede Kamer pas na het zomerreces behandeld. Het gevolg hiervan is dat de voorgenomen invoeringsdatum 1 januari 2021 niet zal worden gehaald. (Bron: VNG, 23 apr. 2020)
Aanspraak op pensioen volgens de Boon van Loon regeling
Het is bekend dat 2 van de 3 vrouwen bij echtscheiding niet of nauwelijks aandacht besteden aan het pensioen van de partner. Ook is er vrij veel onwetendheid. Een goede Advocaat in Familierecht zal zeker bij de verdeling van bezittingen en schulden, dat vastgelegd wordt in een convenant, hier nadrukkelijk aandacht aan besteden.
Wat zijn nu die regels?
Bent u gescheiden tussen 27 november 1981 en 30 april 1995, dan gelden de regels die vastgesteld zijn in het Boon van Loon arrest nog steeds. Mogelijk hebt u alsnog recht op de verdeling van pensioenrechten.
Voor 27 november 1981
Tegenwoordig geldt de regel dat na een echtscheiding het opgebouwde ouderdomspensioen onder de ex-partners moet worden verdeeld. Deze regel heeft niet altijd gegolden. Voor 27 november 1981 had een ex-echtgenoot slechts in bepaalde gevallen recht op een deel van het ouderdomspensioen van de ander. De Hoge Raad, ons hoogste rechtscollege, heeft voor deze situatie een stokje gestoken. In het
Boon van Loon arrest van november 1981 besliste de Raad dat het ouderdomspensioen en het nabestaandenpensioen onder de ex-partners moet worden verdeeld nadat zij zijn gescheiden. Deze regeling heeft erg lang gegolden, pas op 1 mei 1995 is deze regel vervangen door een wet. Nu geldt de Wet verevening pensioenrechten.
Boon van Loon
Vóór het Boon van Loon arrest werd het ouderdomspensioen vaak niet verdeeld na een echtscheiding. Toen der tijd betekende dit vaak dat de vrouw berooid achterbleef. Zij had vaak geen inkomen. De man daarentegen had een inkomen en een opgebouwd pensioen. Na 27 november 1981 moest het ouderdomspensioen echter verrekend worden, of te wel, het pensioen moest verdeeld worden tussen de man en de vrouw. Bent u gescheiden tussen 27 november 1981 en 30 april 1995, dan gelden de regels die vastgesteld zijn in het Boon van Loon arrest nog steeds.
Gemeenschap van goederen
Allereerst geldt dan dat het ouderdomspensioen alleen tussen de twee ex-partners hoeft te worden verdeeld wanneer er tijdens het huwelijk sprake was van een gemeenschap van goederen.
Huwelijkse voorwaarden, dan geen recht op verdeling
Waren de ex-partners gehuwd onder huwelijkse voorwaarden, dan zal er geen verdeling van het ouderdomspensioen plaatsvinden. Volgens Boon van Loon valt het ouderdomspensioen namelijk in de gemeenschap van goederen. Bij huwelijkse voorwaarden is deze gemeenschap niet aanwezig en hoeft er dus niet vereffend te worden. Tenzij in het echtscheidingsconvenant anders geregeld is.
De ex-echtgenoot krijgt dankzij Boon van Loon nu een aanspraak op een deel van het ouderdomspensioen van de ander. Dit betekent dat degene die het ouderdomspensioen heeft opgebouwd, zelf een deel van dat pensioen aan zijn ex-partner moet afstaan. Dit is vaak een lastige zaak en het is dan ook verstandig om een juridisch adviseur te raadplegen wanneer het om de verdeling het ouderdomspensioen gaat.
Welk deel wordt verdeeld?
Bij een echtscheiding heeft de ex-partner ook recht op het deel van het ouderdomspensioen dat is opgebouwd voordat de partners met elkaar in het huwelijk traden. Dit is tegenwoordig niet meer het geval. Dit betekent het volgende. Wanneer meneer A op twintigjarige leeftijd start met het opbouwen van ouderdomspensioen en op dertigjarige leeftijd trouwt met mevrouw B, wordt het pensioen dat in die periode is opgebouwd bij een scheiding ook meegerekend. Mochten meneer A en mevrouw B na tien jaar gaan scheiden, dan heeft mevrouw B recht op twintig jaar ouderdomspensioen van meneer A. Het ouderdomspensioen dat na de scheiding wordt opgebouwd, wordt natuurlijk niet meer verrekend.
Wet verevening pensioenrechten (na 30-4-1995)
Tegenwoordig geldt dus de Wet verevening pensioenrechten. Dit betekent dat een scheiding na 30 april 1995 volgens deze wet wordt geregeld. In de Wet verevening pensioenrechten is onder andere geregeld dat ook personen die niet in gemeenschap van goederen zijn gehuwd, na dit huwelijk recht hebben op een verdeling van het ouderdomspensioen. Met andere woorden: mensen die onder huwelijkse voorwaarden zijn getrouwd, moeten na een scheiding ook het ouderdomspensioen verdelen.
Hiernaast geldt nu dat alleen het ouderdomspensioen dat tijdens het huwelijk is opgebouwd, hoeft te worden verrekend. Dit betekent dat, wanneer het huwelijk slechts vijf jaar heeft geduurd, ook alleen voor die periode ouderdomspensioen hoeft te worden vereffend. Zo wordt voorkomen dat een kort huwelijk iemand zijn gehele pensioenrechten kost. De nieuwe wet gaat overigens alleen over de verdeling van het ouderdomspensioen. De verdeling van het nabestaande pensioen wordt daar niet geregeld.
Als laatste heeft de ex-partner tegenwoordig recht op uitbetaling van het ouderdomspensioen jegens het pensioenfonds. Dit was onder het Boon van Loon arrest nog alleen de ex-partner. Het pensioenfonds is dus de instantie die er voor moet zorgen dat de partner die recht heeft op een deel van het ouderdomspensioen van de ander dit geld dus ook krijgt. De scheiding moet dan natuurlijk wel zijn aangegeven bij het pensioenfonds, hetgeen vaak niet gebeurd.
Gescheiden voor 1981?
Bent u nog voor 1981 gescheiden? Dan gelden nog oude regels. In die tijd was de verdeling van het ouderdomspensioen alleen mogelijk onder bijzondere omstandigheden. Zo moet het huwelijk minstens achttien jaar hebben geduurd en moet er minstens één minderjarig kind zijn geweest tijdens dit huwelijk. Ook moet de ex-partner, degene die het pensioen heeft opgebouwd, geen andere compensatie hebben geboden voor het wegvallen van de pensioenrechten. Is sprake van alle drie de voorwaarden, dan heeft u recht op een kwart van het ouderdomspensioen van uw ex-partner.