Is de AOW nog wel een basispensioen?
Opinie | wo 21 mei 2014 | Auteur: Andries Bongers | Trefwoorden: AOW, Pensioengat
Er zijn drie pijlers waarop het pensioenstelsel is op gebouwd.
AOW, Pensioen, individuele verzekeringen
De
AOW vormt de 1e pijler van ons pensioenstelsel. Het is het basisinkomen om rond te kunnen komen. Iedereen die in Nederland woont of werkt, bouwt automatisch
AOW op.
De 2e pijler is de pensioenopbouw via de werkgever. Zo’n 90% van de werkgevers heeft zo’n pensioenregeling. Hierdoor krijgen gepensioneerde werknemers een aanvullende uitkering bovenop de
AOW-uitkering.
Zo’n 90% van de werkgevers heeft zo’n pensioenregeling.
De 3e pijler vormen de individuele verzekeringen. Bijvoorbeeld lijfrenten, koopsommen en levensverzekeringen. Daarmee spaart u fiscaal aantrekkelijk voor extra pensioen. Bijvoorbeeld om een pensioengat aan te vullen of eerder met pensioen te gaan.
Maar is dat wel zo? Na onderstaande uiteenzetting moeten we helaas constateren, dat de
AOW de 3e pijler is en helemaal niet het basispensioen.
Als alle pensioenrechten (het inkomen), de gezinssituatie en het inkomen op een rijtje zijn gezet, heeft u mogelijk recht op een aanvullend pensioen(tje), dat we voorlopig nog
AOW zullen noemen. De naam
AOW (Algemene Ouderdomswet) is namelijk misleidend. De A staat nu voor Aanvullende.
Oma in huis?
Wanneer alle wetgeving door de Eerste Kamer wordt aangenomen dan zal naar verwachting vanaf 1 juli 2015 sprake zijn van twee nieuwe begrippen waar de
AOW-er mee te maken krijgt. De eerste is de kostendelersnorm, deze bepaalt dat wanneer er twee of meer inkomens in een huishouden zijn de uitkering(en) omlaag kunnen omdat de kosten van het gezamenlijke huishouden lager zijn. Deze kostendelersnorm wordt als een strafkorting gezien bij het verlenen van mantelzorg. Als iemand met werk of een uitkering in huis komt wonen bij een
AOW-gerechtigde of omgekeerd, wanneer een
AOW-er bijvoorbeeld in huis komt wonen bij de kinderen i.p.v. opgenomen te worden in een verpleeghuis (alsof er een keuze is), dan wordt de
AOW verlaagd.
Je zou verwachten dat de overheid blij zou zijn met kinderen die inwonen bij hun zorgbehoeftige ouders
De motie die moest regelen dat de
AOW’er met een inwonend kind die mantelzorg verleend, geen korting krijgt op de
AOW, heeft het niet gehaald. Het resultaat is dat ook deze
AOW’er € 340 bruto minder
AOW ontvangt. Je zou verwachten dat de overheid blij zou zijn met kinderen die inwonen bij hun zorgbehoeftige ouders. Het scheelt de staat bakken met geld die ze niet aan professionele zorg hoeft uit te geven. Maar niets is minder waar.
De overheid verwacht meer inzet van informele zorg
De
AOW van ouderen die een inwonend kind hebben die mantelzorg verleent, wordt net als van alle andere
AOW’ers met een inwonend kind gekort. De motie die dit moest voorkomen heeft het in de Tweede Kamer niet gehaald.
Oplossingen voor ouderen
De belangbehartigers van ouderen zijn boos, want eerder hadden de staatsecretarissen Van Rijn (Volksgezondheid) en Klijnsma (Sociale Zaken) beloofd met een goede oplossing voor de ouderen met mantelzorgers te komen. De overheid verwacht meer inzet van informele zorg, naast alle andere hindernissen waar mantelzorgers en de ontvangers mee te maken krijgen moeten ze nu ook afwegen wat de financiële gevolgen zijn.
Dat de
AOW’ers met een inwonend mantelzorg verlenend kind gekort worden op de
AOW komt door de invoering van de zogenaamde kostendelersnorm. Deze norm regelt dat wanneer er meerdere inkomens, uitkeringen, in een huishouden zijn de uitkering omlaag kan omdat de ontvangers de kosten van het huishouden kunnen delen. De maatregel gaat voor nieuwe situaties per 1 januari 2015 in (u hebt dan nog een half jaar om te beslissen of u wel of niet uw moeder in huis neemt) Voor bestaande situaties gaat de wet in op 1 juli 2015 (om nog even te wennen).
Kind in huis?
Momenteel is ook een wetsvoorstel door de Tweede Kamer aangenomen, waarbij o.a. een
AOW gerechtigde een lagere
AOW krijgt, wanneer deze een huisgenoot van 21 jaar of ouder heeft. Als het voorstel ook in de Eerste Kamer wordt goedgekeurd, wordt er in stapjes een ’kostendelersnorm’ ingevoerd. Dat wil zeggen dat de
AOW van een alleenstaande met een zogenoemde kostendeler wordt afgebouwd.
De AOW van een alleenstaande met een kostendeler in huis zal tussen juli 2015 en 2019 in vijf stappen wordt afgebouwd
Een kostendeler is een huisgenoot van 21 jaar of ouder. Een kostendeler kan dus ook een kind van u zijn. Alleen als uw kinderen nog een studie of opleiding volgen, worden ze niet als kostendeler gezien. Ook een kostganger of iemand die een kamer bij u huurt, is geen kostendeler.
Is degene die een bijdrage levert in de huur: een kostganger, een huurder, een partner of een kostendeler? De
AOW van een alleenstaande met een kostendeler in huis zal tussen juli 2015 en 2019 in vijf stappen wordt afgebouwd van de huidige hoogte (70% van het minimumloon) tot de hoogte van de
AOW van een gehuwde (50% van het minimumloon).
Partner of vriendin in huis?
De andere is het partnerbegrip, deze bepaalt dat wanneer er twee mensen op een adres staan ingeschreven er sprake is van samenwonen. Bovendien is bij het nieuwe partnerbegrip de eerste graad (moeder-kind) niet meer uitgesloten.
Zorg dat u tijdig een verhoging van uw huurtoeslag en zorgtoeslag aanvraagt
Dat betekent dat wanneer u vanaf 1 juli 2015 samenwonend bent en u beiden alleen nog in aanmerking komt voor een gehuwden AOW, in plaats van de alleenstaande AOW, die u nu ontvangt. Als alles door gaat, dan gaat u er samen € 630 bruto op achteruit, ruim 30 procent van uw huidige inkomen. Zorg dat u tijdig een verhoging van uw huurtoeslag en zorgtoeslag aanvraagt om de pijn nog enigszins te verzachten. Stel: u huurt een kamer in een zelfde woning als een andere AOW-gerechtigde. Zeg maar een bejaardenpension. Het GBA geeft dan aan dat u beiden op hetzelfde adres woont. U moet dan aan de KPID (Kostendeler en Partner Inlichtingen Dienst) bewijzen dat u niet samenwoont.
Korting van de partnertoeslag op basis van inkomen
Voor
AOW-ers met een gezamenlijk inkomen vanaf ongeveer € 46.000 (exclusief
AOW) wordt de partnertoeslag gedeeltelijk gekort. Bij een gezamenlijk inkomen van ongeveer € 54.000 vervalt de partnertoeslag helemaal. Zowel voor nieuwe
AOW-gerechtigden als voor de huidige ontvangers zal 1 januari 2015 als ingangsdatum gelden voor het 1e deel van de korting.
Het is een groot misverstand dat “Vadertje Drees” de AOW heeft uitgevonden
De korting op de toeslag bedraagt in 2015 25%, in 2016 50%, in 2017 75% en 100% in 2018.
Per 1 januari 2018 zal de partnertoeslag bij een gezamenlijk inkomen van € 54.000 (excl.
AOW) en hoger dus geheel zijn vervallen.
De volgende stap?
Is de volgende stap dat de
AOW (u weet wel uw basispensioen) geheel inkomensafhankelijk wordt gemaakt? Dus wanneer een meerderheid van de Tweede Kamer vindt, dat mensen met hoge inkomens (vanaf € 50.000?) helemaal geen
AOW zouden moeten krijgen, dan heeft u wel 40 jaar een relatief hoge premie betaald, maar dan blijkt het gewoon een ordinaire belasting te zijn geweest.
Dan is de mythe helemaal ontmanteld: want niet alleen is het een groot misverstand dat “Vadertje Drees” de
AOW heeft uitgevonden, maar ook dat het een basispensioen zou zijn, voor iedere ingezetene gelijk en waarvan de premie op basis van inkomen wordt geheven.
Medew.
|
Gemiddeld
jaar- inkomen
|
Laatst verdiend inkomen |
Mogelijk pensioen
|
AOW ongehuwd
|
Totaal
aan
pensioen |
Totaal
betaald AOW-premie |
A |
20.000 |
25.000 |
8.050 |
13.728 |
21.778 |
112.000 |
B |
50.000 |
75.000 |
38.772 |
13.728 |
52.500 |
280.000 |
C |
72.000 |
100.000 |
50.000 |
13.728 |
63.728 |
280.000 |
Bovenstaand voorbeeld (bedragen in euro's) laat bij benadering zien hoeveel een medewerker - die gemiddeld € 72.000, € 50.000 en € 20.000 heeft verdiend - aan AOW-premie heeft betaald.
Uitgaande van 40 arbeidsjaren en gemiddeld 14% AOW-premie (incl. heffingskorting)
Dus hoe meer
AOW-premie u in uw arbeidzame leven heeft betaald, des te minder zal uw
AOW-aanvulling zijn. Dat is driedubbel nivelleren!