Werkgevers willen aanpassing reiskosten, maar moet dat wel?

Opinie  |  vr 13 nov 2020  |  Bron: AWVN  |  Auteur: Andries Bongers  |  Trefwoorden: , , , , , ,

Werkgevers willen dat de vergoeding voor thuiswerken belastingvrij wordt en dat er een aanpassing komt van de vaste reiskostenvergoeding, meldt werkgeversvereniging AWVN. Ook na de coronacrisis verwacht het overgrote deel van de werkgevers dat thuiswerken de norm wordt en werknemers minimaal twee dagen per week thuis werken.
Werkgevers kunnen nu nog de maximale reiskosten belastingvrij uitkeren, maar per 1 januari 2021 vervalt dit voordeel. Daarnaast is er nog geen belastingvoordeel voor een thuiswerkvergoeding. Twee op de vijf werkgevers zegt tegen de AWVN dat de huidige belastingwetgeving hen beperkt in het uitkeren van geld voor thuiswerken.

Werkgevers willen af van de vaste reiskosten

Het merendeel van de ondervraagden geeft aan de bestaande vergoedingen voor reiskosten en thuiswerken te willen aanpassen. Werkgevers denken dan na over een thuiswerkvergoeding en een lager bedrag voor reiskosten. Werkgevers willen ook af van de vaste reiskosten en alleen de gemaakte reiskosten betalen.
De AWVN adviseert werkgevers die de reis- en thuiswerkkosten willen betalen om een speciaal budget per werknemer hiervoor te maken.

Een op de vijf werkgevers die meedeed aan het AWVN-onderzoek zegt nu al een thuiswerkvergoeding aan medewerkers te betalen. Met name in de publieke sector en bij grotere organisaties gebeurt dit. Werknemers krijgen een bedrag van 2 euro per dag, gelijk aan het bedrag dat het Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting (Nibud) eerder al becijferde voor de kosten van thuiswerken.

Of men betaalt dit uit de WKR of deze werkgevers zijn mogelijk fiscaal in overtreding en zullen een navordering kunnen verwachten van de tollenaars.

Het overgrote deel voorziet werknemers van extra faciliteiten. Zo krijgen werknemers onder meer een bureau of bureaustoel, maar ook computers, mobiele telefoons of andere apparatuur zoals printers en beeldschermen.

De wens van de werkgevers vraagt wel enige toelichting

Het voordeel dat werkgevers (tijdelijk) de volledige reiskostenvergoeding mogen doorbetalen, ook al reist de medewerker op minder dagen vanwege thuiswerken, wordt per 1 januari ingetrokken. Dat is al een half jaar geleden besloten, omdat het kabinet er kennelijk van uitging dat de Corona situatie dan voorbij zou zijn.

Maar er zijn meer permanente fiscale voordelen, waar werkgevers (nog) niet van profiteren. Dat zijn fiscale voordelen, die al lange tijd bestaan, en niet met de tijdelijk Corona-regels te maken hebben.
  • Wanneer een medewerker op minstens 4 dagen per week naar de locatie reist, mag de volledige reiskostenvergoeding onbelast worden betaald.
  • Ook wanneer bij een 5-daagse werkweek de medewerker op minstens 60% van die dagen naar zijn werklocatie reist, mag ook de maximale fiscale reiskosten worden betaald.

Laten we voorop stellen dat een werkgever niet eens verplicht is reiskosten te betalen of reiskosten volledig door te betalen bij thuiswerk. Het is alleen fiscaal toegestaan. Het ligt natuurlijk anders, wanneer een reiskostenvergoeding bij cao of loonregeling is afgesproken.
Maar dan nog gaat het meestal om de zuivere reisbewegingen.

Thuiswerken

Voor het thuiswerken bestond er tot 2015 een fiscale regeling, waarbij de werkgever eenmaal in de 5 jaren onbelast een thuiswerkvergoeding mocht geven van € 1.875,00. Meestal werd zo’n vergoeding opgenomen in een cafetariasysteem en uitgeruild tegen o.a. bruto loon.
In 2015 werd de Werkkostenregeling (2011) verplicht. Een prachtige regeling, waarbij alle andere administratief bewerkelijke regelingen zouden vervallen en de werkgever meer vrijheid zou hebben om onbelaste vergoedingen te geven. Onder het mom van administratieve lastenverlichting werd de WKR er doorgedrukt en mogelijke verhogingen van het percentage werden successievelijk niet doorgevoerd of zelfs verlaagd (van 1,4% naar 1,5% maar toen naar 1,2%).

Noodzakelijkheidscriterium, dan ook beschikbaar stellen

Wat betreft de thuiswerkregeling was het uitgangspunt van de Belastingdienst dat wanneer de werknemer min of meer gedwongen werd thuis te werken, de werkgever op grond van de Arbowet ook de voorzieningen beschikbaar moest stellen.
Het onbelast vergoeden, waarbij de werknemer zelf de faciliteiten kon aanschaffen, mocht niet meer.

Ook een onbelaste vergoeding voor allerlei zaken als koffie, thee, suiker, toiletpapier en verwarming mag dus fiscaal feitelijk niet. Het NIBUD berekende dat dit € 2,00 per dag zou kosten.
Wat natuurlijk wel mag is een vergoeding geven uit de doos van Pandora, de WKR, een schijnbaar onuitputtelijke bron, die na het personeelsfeest en Kerstpakket al snel leeg bleek. En tot op de dag van vandaag de administratieve lasten niet heeft verlaagd, zoals ene Wiebes beloofde.

Maar wat weer wel mag is dat de werkgever kleine versnaperingen (niet zijnde een lunch) onbelast mag verstrekken. En indien noodzakelijk(heidscriterium) zelfs een koffiezetapparaat naast de bureaustoel.

Onbegrijpelijk, tijdelijk en tegenstrijdig. Lawyers Paradise!

Gelukkig heeft “Den Haag” alle regelingen onbegrijpelijk, tijdelijk en dwars door elkaar en naast elkaar en tegenstrijdig verordend. Want anders zijn er ook geen professionals, die het wel begrijpen en mogen uitleggen.


 



Andries Bongers

Andries Bongers Meer info