Gewijzigde bedrijfsactiviteiten (als gevolg van de pandemie) – en het pensioen?
Opinie | vr 21 mei 2021 | Bron: Gommer&Partners | Auteur: Theo Gommer | Trefwoorden: Verplichte deelneming, Pensioenfonds, Pensioenverplichting, Loonsom, Verplichtstellingsbesluit
Een positieve noot in de gehele Coronacrisis, is het bewijs dat ondernemers zeer innovatief om kunnen gaan met restricties en maatregelen die impact hebben op de bedrijfsvoering. Op digitaal vlak is een grote sprong voorwaarts gemaakt. De potentie van webshops en het thuisbezorgen van producten is ongekend. Bestaande bedrijven richten hun pijlen op online dienstverlening, nieuwe bedrijven openen virtuele webshops.
Voor wat betreft eventuele pensioenverplichtingen, kent Nederland zogeheten verplichtstellingsbesluiten, op basis waarvan een werkgever verplicht kan zijn deel te nemen aan een pensioenregeling bij een bedrijfstakpensioenfonds.
Trend in de rechtspraak
Als pensioenadvocaten signaleren wij in de rechtspraak, dat het wat betreft de bedrijfsactiviteiten van een onderneming, niet relevant lijkt dat de werkzaamheden van een werkgever digitaal plaatsvinden, in plaats van fysiek.
Wanneer een werkgever bijvoorbeeld besluit dat zijn bedrijf meer digitaal gaat werken, en producten enkel nog via een webshop aanbiedt, dan wil dat niet zeggen dat geen aansluitplicht bij Pensioenfonds Detailhandel geldt of dat deze stopt.
In de uitspraken van Domino’s’ Pizza (ECLI:NL:GHARL:2021:2263) en van Greetz (ECLI:NL:RBAMS:2019:10052), kwam deze discussie naar voren. De werkgevers stelden namelijk: voor de aansluitverplichting geldt dat minstens 50% van de loonsommen moet toezien op zogeheten ‘detailhandelwerkzaamheden’, oftewel werkzaamheden die zien op het verkopen van waren aan particulieren.
Vallen daar loonsommen onder, welke besteed zijn aan HR-activiteiten, het onderhouden van de webshop, en het inpakken van bestelde producten? De rechtspraak laat zien van wel, mits die werkzaamheden zijn te herleiden naar een hoofdbedrijvigheid van de onderneming – oftewel een activiteit waaruit de omzet voortvloeit. Zijn er meerdere bedrijvigheden aan te wijzen, waaruit omzet voortvloeit, dan zal nagegaan moeten worden hoe de bovengenoemde werkzaamheden zich daartoe (pro rata) verhouden.
Daarmee valt het werkgevers aan te raden, vooral wanneer zij de bedrijfsactiviteiten van offline naar online verplaatsen, na te gaan of daarmee een wijziging ontstaat in de aansluitplicht bij een verplichtgesteld (bedrijfstak)pensioenfonds.
Nieuwe werkgevers
Ook startende ondernemers zullen erop bedacht moeten zijn, dat de lezing van een verplichtstellingsbesluit – de aan detailhandelwerkzaamheden toe te kennen loonbedragen – niet altijd even helder is.
Controleer de ‘bedrijvigheid’
Van belang is om de bedrijvigheid van de onderneming goed in kaart te hebben. Welke activiteiten genereren omzet, en is dat beperkt tot één soort activiteit of zijn dat er meer. Het gevolg is namelijk dat de uitleg van een verplichtstellingsbesluit, mede daarvan afhankelijk is.
mr. J.T. Gommer MPLA CCFP & mr. M.K.A. van Slagmaat