Inhoud
- Verbod of alleen mits zwaarwegende bedrijfsbelang
- Controle
- Jurisprudentie
- Vier op de tien HR-professionals handhaaft concurrentiebeding niet
Verbod of alleen mits zwaarwegende bedrijfsbelang
Vanaf 1 januari 2015 is het niet meer toegestaan om in een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd een concurrentiebeding overeen te komen. Dit is slechts anders indien 'zwaarwegende bedrijfsbelangen' een concurrentiebeding noodzakelijk maken. De werkgever dient dit gelijktijdig aan het sluiten van het concurrentiebeding schriftelijk te motiveren. Het concurrentiebeding dient tevens in de arbeidsovereenkomst zelf te worden opgenomen. Deze regelgeving ziet alleen op arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd. Op arbeidsovereenkomsten die zijn afgesloten voor 1 januari 2015 is het oude recht van toepassing ten aanzien van het concurrentiebeding. Voor concurrentiebedingen in arbeidsovereenkomsten voor onbepaalde tijd is niets veranderd.
Controle
Op de website wwzproof.nl kan men controleren of een concurrentiebeding WWZ proof is. Tevens geeft de tool antwoord op de vragen of het concurrentiebeding geldig is overeengekomen en of de werknemer (nog) aan het beding kan worden gehouden omdat het concurrentiebeding bijvoorbeeld zwaarder is gaan drukken.
Jurisprudentie
De eerste
rechtszaak (23 juli 2015) - de werkgever had een concurrentiebeding in het tijdelijk contract bewust opgenomen - heeft de werkgever niet gewonnen. De eisen voor de werkgever om zijn gelijk te halen, zijn streng.
Vier op de tien HR-professionals handhaaft concurrentiebeding niet
39 Procent van de
HRM'ers handhaaft het concurrentiebeding in de praktijk niet. Ook is 37 procent niet op de hoogte van Wetsvoorstel modernisering concurrentiebeding.
- Hoewel het concurrentiebeding al langer ter discussie staat, nemen veel werkgevers het standaard op in arbeidsovereenkomsten zonder het daadwerkelijk te handhaven.
- Dat versterkt de indruk dat het vooral bedoeld is om werknemers af te schrikken, in plaats van een effectief juridisch middel te zijn.
- Omdat het beding de vrijheid van arbeidskeuze beperkt, zijn er nu plannen om de regels te versoepelen.
- Toch blijkt dat de meeste HR-professionals zich hier nog niet op voorbereiden, ondanks de mogelijke impact op organisaties.
39 Procent van de HR-professionals heeft een concurrentiebeding opgenomen in hun arbeidscontracten, maar handhaaft deze in de praktijk niet. Dit blijkt uit onderzoek van Visma YouServe onder meer dan 500 HR-professionals.
Sommige HR-professionals maken zich zorgen over de impact van de moderniseringsplannen
Ondertussen staat het concurrentiebeding op de politieke agenda: het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid kondigde vorig jaar aan dat een wetsvoorstel voor de modernisering van het concurrentiebeding naar verwachting eind 2025 wordt ingediend. 37 Procent van de HR-professionals is echter niet op de hoogte is van de voorgenomen wijzigingen.
Twijfels over nut en noodzaak
HR-professionals zijn verdeeld over het belang en de toekomst van het concurrentiebeding. Drie op de tien (29%) zien er geen toegevoegde waarde in, terwijl 19 procent aangeeft dat het beding in hun organisatie meer nadelen dan voordelen heeft opgeleverd.
Tegelijkertijd maken sommige HR-professionals zich zorgen over de impact van de moderniseringsplannen. Zo vreest 21 procent dat de wijzigingen hun concurrentiepositie verzwakken, en eenzelfde percentage ziet het als een bedreiging voor personeelsbehoud.
Moderniseringsplannen
Het concurrentiebeding beperkt werknemers om na hun vertrek bij een concurrent te werken. Volgens de plannen die op Prinsjesdag 2024 zijn gepresenteerd:
- mag deze beperking straks maximaal één jaar duren;
- moet de werkgever een vergoeding van de helft van het laatst verdiende loon per maand betalen voor elke maand dat het concurrentiebeding wordt ingeroepen;
- moet de werkgever specifiek het toepassingsgebied en de noodzaak van het beding onderbouwen.
Niet bezig met voorbereiding
Hoewel veertig procent van de HR-professionals bekend is met deze mogelijke veranderingen, is slechts 17 procent al bezig met het treffen van voorbereidingen. Twee op de vijf (39%) zijn hier nog totaal niet mee bezig.
Voor 31 procent is het wetsvoorstel niet relevant, omdat zij geen gebruik maken van een concurrentiebeding.
(Overgenomen uit HR-Rendement)
Ga terug naar subrubriek Wet Werk en Zekerheid.