Inhoud
- Overheidspublicaties over onder meer wet- en regelgeving
- Stortvloed van wetgeving
- Zorgen om kwaliteit van wetgeving
- Krachtmeting dreigt tussen rechter en wetgever
- Wetsvoorstel open overheid
- Wet markt en overheid blijft gelden na 1 juli 2017
- Wet markt en overheid met twee jaar verlengd
- Ernstige bezwaren tegen nieuwe afluisterwet
- Tweede Kamer stemt in met Wet inlichtingendiensten
- Nieuwe aftapwet: wat gaat er veranderen?
- Eerste Kamer vraagt betere motivering spoedeisendheid wetsvoorstellen
- Er komt geen Experimentenwet voor gemeenten
- Omgevingswet: Van sectoraal naar integraal samenwerken in het fysiek domein
- Heroverweging pakket vestigingsklimaat (n.a.v. laten bestaan dividendbelasting)
- Welke stukken stuurt SZW in 2019 naar de Tweede Kamer?
- Belangrijke onderwerpen die eind 2018 niet zijn opgelost
- Wettekst op de juiste wijze interpreteren
- Invoering Omgevingswet opnieuw uitgesteld
- Kabinet wil adressencontrole centraliseren
- Wetsvoorstel openingstijd winkel eigen keus ondernemer
- Invoeringskosten Omgevingswet veel hoger dan geraamd
Een alfabetisch overzicht van alle wetten treft u aan op
internet.
Overheidspublicaties over onder meer wet- en regelgeving
Overheid.nl geeft de mogelijkheid om te zoeken naar publicaties over onder meer wet- en regelgeving, rechtspraak, besluitvorming, consultatie, bekendmaking en uitvoering. Ga naar de overheidswegwijzer.
Stortvloed van wetgeving
Andere veranderingen waren gewijzigde of nog te wijzigen wetten op het terrein van de pensioenen, belastingen, arbeidsvoorwaarden (
Flexwet), recht op deeltijd, levensloopregeling¹, arbeidsongeschiktheid, werkloosheid en bijstand.
¹De levensloopregeling is per 1 januari 2012 afgeschaft, zou vervangen door de
vitaliteitsregeling ware het niet dat de laatste regeling eind 2012 werd ingetrokken.
De site '
Ondernemersplein' (vroeger 'Antwoord voor bedrijven') geeft regelmatig een overzicht van wetswijzigingen en uiteraard andere onderwerpen.
Zorgen om kwaliteit van wetgeving
De Rechtspraak spreekt in het Jaarverslag 2013 haar zorg uit over de kwaliteit van wetgeving. Die krijgt anno 2013 niet altijd de zorg die ze verdient. Dat staat in het Jaarbericht, onderdeel van het Jaarverslag Rechtspraak 2013.
De Raad voor de rechtspraak adviseert de wetgever – na overleg met de gerechten – over wets- en beleidsvoorstellen die organisatorische of financiële gevolgen hebben voor de Rechtspraak. Ook inhoudelijk wordt gekeken of wetten en beleid wel in overeenstemming zijn met algemeen aanvaarde regels en waarden van de rechtsstaat. Dan gaat het niet om de vraag of een wet politiek wenselijk is, maar of rechters ermee uit de voeten kunnen en of een wetsvoorstel effectief is.
“De algemene indruk is dat anno 2013 regering en parlement steeds meer haast lijken te hebben. ‘Spoedklussen’ voorvloeiend uit het meest recente regeerakkoord, lijken meer juridisch-technische en minder sexy wetgeving naar de achtergrond te drukken.” (Bron: Rechtspraak,
19 mei 2014)
Krachtmeting dreigt tussen rechter en wetgever
Er dreigt een toenemend aantal rechtszaken als gevolg van het schrappen van wetten en regels die door het kabinet als belemmerend worden ervaren. Daardoor kan een ‘krachtmeting’ ontstaan tussen rechter en wetgever. Aldus de Raad van State in haar
jaarverslag 2015.
Wetsvoorstel open overheid
Het initiatiefwetsvoorstel van de Tweede Kamerleden Voortman (GroenLinks) en Van Weyenberg (D66) heeft als doel overheden en semi-overheden transparanter te maken om zo het belang van openbaarheid van publieke informatie voor de democratische rechtsstaat, de burger, het bestuur en economische ontwikkeling beter te dienen. De Wet openbaarheid van bestuur wordt ingetrokken.
Om deze doelen te bereiken verankert het voorstel de toegang tot publieke informatie als recht van burgers. Daarnaast wordt de actieve openbaarheid versterkt door het verplicht stellen van openbaarmaking uit eigen beweging van bepaalde categorieën informatie. Overheidsorganen moeten een online beschikbaar register gaan bijhouden van de documenten en datasets waarover zij beschikken. (Bron: Eerste Kamer, 5 juli 2016)
Het voorstel is op 19 april 2016 aangenomen door de Tweede Kamer.
Bij monde van burgemeester Jan Lonink van Terneuzen heeft de VNG geprobeerd de Eerste Kamer ervan te overtuigen dat aannemen van de Wet open overheid (Woo) zeer negatieve gevolgen heeft. Zo bracht Lonink een ‘realistische inschatting op ambtelijk niveau in’ die aangaf dat alleen al in één stad van tot 500.000 inwoners de kosten ver boven het bedrag zullen liggen waar het wetsvoorstel voor het hele land op rekent. Een grotere gemeente zal tientallen tot honderden goed geschoolde mensen extra nodig hebben om het gevraagde te kunnen verwerken. (Bron: VNG, 7 juli 2016)
Wet markt en overheid blijft gelden na 1 juli 2017
Bij brief van 3 juni 2016 maakte de Minister van Economische Zaken zijn beleidsreactie kenbaar met betrekking tot de evaluatie van 6 augustus 2015 van de Wet markt en overheid. Deze wet heeft als doel om zo gelijk mogelijke concurrentieverhoudingen tussen overheden en het bedrijfsleven te creëren wanneer overheden economische activiteiten verrichten. Met het oog daarop legt de wet aan overheden gedragsregels op. Zo moet de overheid bij het verrichten van economische activiteiten onder meer de integrale kostprijs doorberekenen aan ondernemingen en mogen overheden overheidsbedrijven niet bevoordelen.
De Wet markt en overheid kent een horizonbepaling waardoor de wet zijn gelding verliest op 1 juli 2017 wanneer de wet niet wordt verlengd of aangepast. De minister heeft aangekondigd dat hij de horizonbepaling zal schrappen, zodat de wet haar werking behoudt. Daartoe zal hij na het zomerreces een algemene maatregel van bestuur aan de Tweede en Eerste Kamer voorleggen middels de zogeheten voorhangprocedure. Uit de evaluatie blijkt namelijk dat ongelijke concurrentie tussen overheid en ondernemers nog steeds aandacht vraagt. Sterker nog, om een level playing field tussen de overheid en private partijen te creëren is volgens de minister zelfs aanscherping van de Wet markt en overheid vereist.
De Wet markt en overheid is van toepassing daar waar de Europese staatssteunregels niet gelden en vormt in potentie een, voor veel ondernemers, nodige aanvulling op die regels.
Wet markt en overheid met twee jaar verlengd
De Wet markt en overheid moet ervoor zorgen dat overheidsinstanties eerlijker concurreren met ondernemingen. Deze wet is in 2012 ingevoerd als wijziging van de mededingingswet* met een looptijd van vijf jaar. Uit verschillende evaluaties blijkt echter dat de Wet markt en overheid ondernemingen nog onvoldoende beschermd tegen oneerlijke concurrentie van de overheid. Minister Kamp van Economische Zaken wil de wet daarom aanscherpen.
* De mededingingswet wordt uitgevoerd door de Nederlandse Mededingingsautoriteit (NMa), een uitvoeringsorganisatie van het ministerie van Economische Zaken, dat vanaf 1998 in de gaten houdt of er ergens sprake is van oneerlijke concurrentie. Sinds 2005 is het een zelfstandig bestuursorgaan.
Het wetsvoorstel hiertoe is echter niet klaar voordat de Wet markt en overheid afloopt. De minister heeft daarom aangekondigd de looptijd van de wet met twee jaar te verlengen. (Bron: Rendement, 15 nov. 2016)
Red.: Twee jaar uitstel is fors. Met andere wetsvoorstellen maakt de overheid vaak meer haast.
Ernstige bezwaren tegen nieuwe afluisterwet
De
Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 2002 is sterk verouderd, aldus de ministers Plasterk (Binnenlandse Zaken) en Hennis (Defensie). Begin deze maand stuurden de twee ministers na een voorbereiding van enkele jaren een wetsvoorstel voor de geheime diensten naar de Kamer.
De Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten (WIV) breidt de afluistermogelijkheden flink uit, waardoor er nu ook kabelgebonden (internet)verkeer mag worden afgetapt. Daar valt dan ook mobiel telefoonverkeer onder, aangezien zendmasten via kabels aan het netwerk van de provider zijn gekoppeld. De Nederlandse geheime diensten mogen met een nieuwe wet ook niet-verdachte burgers hacken, als ze op die manier bij hun doelwitten kunnen komen. Dat blijkt uit de tekst van de nieuwe Wet op de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten.
Op het wetsvoorstel uit 2015 voor de vernieuwde Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten, waarin de bevoegdheden van de algemene en militaire inlichtingendiensten AIVD en MIVD fors worden uitgebreid, is/was veel kritiek van telecombedrijven en diverse maatschappelijke organisaties. Er waren tot 2016 ruim 500 openbare reacties op de conceptwet plus een onbekend aantal die niet openbaar zijn.
Ondanks enkele toezeggingen van de overheid - toezicht van een externe commissie en de overheid betaalt de kosten van het aftappen - is begin 2017 het wetsontwerp nog verre van aangenomen.
Tweede Kamer stemt in met Wet inlichtingendiensten
De Tweede Kamer heeft ingestemd met de Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten (Wiv). De Raad voor de rechtspraak heeft in aanloop naar de behandeling in de Kamer zijn zorgen over onderdelen van de nieuwe wetten geuit. Zo is bij de wet rondom de inlichting- en veiligheidsdiensten het toezicht op de diensten nog niet goed geregeld.
De Raad erkent de belangrijke rol die inlichtingen- en veiligheidsdiensten vervullen in de bescherming van onze democratische rechtsstaat en daarmee aan het waarborgen van grondrechten. Dat daarvoor rechten van burgers worden ingeperkt, lijkt onvermijdelijk. Maar onnodige beperking van fundamentele rechten van burgers moet altijd worden voorkomen. De Raad vraagt zich bijvoorbeeld af of het (met het oog op de privacy van onschuldige burgers) echt noodzakelijk is om bepaalde gegevens 3 jaar te bewaren, zoals in de aangenomen wet staat. (Bron: Tweede Kamer, 14 feb. 2017)
Nieuwe aftapwet: wat gaat er veranderen?
De nieuwe wet op de inlichtingendiensten is op 11 juli 2017 aangenomen door de Eerste Kamer. De Nederlandse inlichtingendiensten krijgen per 1 januari 2018 aanstaande meer bevoegdheden. Een ruime meerderheid van de Eerste Kamer stemde in met de nieuwe aftapwet van minister Ronald Plasterk (Binnenlandse Zaken, PvdA). Alleen D66, SP, GroenLinks en de Partij voor de Dieren stemden tegen.
De nieuwe Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten regelt dat de AIVD en MIVD voortaan op grote schaal ‘ongericht’ communicatie over de kabel kunnen aftappen, zoals internetverkeer. Dat is nodig in een tijd van terrorisme en cyberaanvallen, vinden het kabinet en bijna alle politieke partijen. De huidige wet uit 2002 gaf de diensten alleen de mogelijkheid doelgericht één persoon af te tappen en komt nog uit het Facebook- en Whatsapp-loze tijdperk. Met de nieuwe wet kan de AIVD, na goedkeuring, bijvoorbeeld een maand lang de online communicatie tussen Nederland en Syrië aftappen. (Bron: NRC e.a., 12 jul. 2017)
Eerste Kamer vraagt betere motivering spoedeisendheid wetsvoorstellen
De Eerste Kamer heeft de regering gevraagd beter te motiveren waarom wetsvoorstellen in voorkomende gevallen met spoed behandeld moeten worden. Momenteel geeft de regering dat vaak slechts zeer summier aan. Ook komt het voor dat voorstellen al als spoedeisend worden aangemerkt, terwijl ze nog niet eens bij de Tweede Kamer zijn ingediend. De Eerste Kamer verlangt op dat punt "aanzienlijke verbeteringen van de regering", zo schrijft Voorzitter Ankie Broekers-Knol van de Eerste Kamer in een
brief aan minister-president Mark Rutte. (Bron: Eerste Kamer,
17 nov. 2017)
Er komt geen Experimentenwet voor gemeenten
Het wetsvoorstel voegt niets toe aan wat nu al mogelijk is voor gemeenten, maar zal wel leiden tot ongewenste juridisering, beperking van de ruimte voor maatwerk en het naast elkaar bestaan van verschillende experimentenregelingen, stelt de Raad van State in zijn advies over het wetsvoorstel. Daarop heeft het kabinet besloten het wetvoorstel niet in te dienen. Mogelijk dat wel de Gemeentewet wordt aangepast om bestuurlijke en democratische vernieuwing meer ruimte te geven voor alle gemeenten.
De Experimenteerwet was bedoeld om een aantal gemeenten ruimte te geven af te wijken van wettelijke bepalingen, waardoor maatschappelijke opgaven op een vernieuwende manier konden worden opgepakt. In de aanloopfase tot het wetsvoorstel van het vorige kabinet riepen BZK en gemeentekoepel VNG gemeenten in het voorjaar van 2015 op om voorstellen voor experimenten in te dienen. In totaal dienden 35 gemeenten 75 voorstellen in. De meeste van de (verwachte) belemmeringen waar gemeenten tegen aan zouden lopen, en waarvoor ze experimenteerruimte wilden hebben, bleken op een andere manier en vaak sneller dan via een wettelijk experiment te kunnen worden opgelost, zo schijft minister Ollongren van Binnenlandse Zaken aan de Kamer. (Diverse bronnen: 19 feb. 2018)
Omgevingswet: Van sectoraal naar integraal samenwerken in het fysiek domein
De Omgevingswet heeft grote gevolgen voor gemeenten in ‘wat’ ze doen en ‘hoe’ ze dat doen. Het vraagt een heroriëntatie op inhoud (beleid en proces), bedrijfsvoering en cultuur. Het wordt gezien als één van de ingrijpendste wetwijzigingen. Er spelen vele belangen, zowel intern als extern. Een belangrijk risico is dat de implementatie verzandt en dat hoofd- en bijzaken onvoldoende gescheiden worden: “zoveel mensen zoveel wensen en zoveel partijen zoveel belangen”. Een transparante sturing is noodzakelijk om gewenste voortgang te behouden. Naar de huidige inzichten treedt de wet 1 januari 2021 in werking. Het jaar 2021 lijkt ver weg, maar we moeten hard aan de slag om klaar te staan.
Het daadwerkelijk sturing geven aan deze verandering is een complexe opgave. Het is daarom van belang een goed doordachte veranderstrategie te formuleren, passend bij de veranderopgave en de context (“de genen”) van de gemeente. Deze analyse is belangrijke input voor de keuze van de veranderstrategie. De transformatie vraagt vooral een omslag in denken, doen en handelen welke bestaat uit vier elementen: integraal werken, gebiedsgericht werken, samenwerken in de regio met partners en samenwerking lokaal met inwoners en ondernemers. Dat betekent naast een andere manier van (samen)werken ook professionaliseren. De medewerkers moeten zich verder professionaliseren om straks écht in de geest van de wet te kunnen werken. (Bron: JS Consultancy,
3 sep. 2018)
Heroverweging pakket vestigingsklimaat (n.a.v. laten bestaan dividendbelasting)
Het kabinet heeft op 5 oktober 2018 aangekondigd het pakket vestigingsklimaat als onderdeel van het pakket Belastingplan 2019 opnieuw te willen overwegen. De uitkomsten van de overwegingen hebben inmiddels de Tweede Kamer bereikt.
Belangrijke punten - passend in de rubrieken waarvoor HR-kiosk schrijft - zijn:
- Ondersteuning MKB: verdere verlaging lage vennootschapsbelastingtarief. Als extra impuls voor vooral het MKB verlaagt het kabinet het lage Vpb-tarief (stapsgewijs) verder van 16% naar 15% in 2021. In totaal verlaagt het kabinet het lage vennootschapsbelastingtarief met 5%-punt; het lage Vpb-tarief wordt met 1%-punt extra verlaagd ten opzichte van het Regeerakkoord.
- Verlagen werkgeverslasten op arbeid: om het ondernemersklimaat verder te versterken reserveert het kabinet vanaf 2021 een bedrag van € 200 miljoen structureel om de werkgeverslasten op arbeid te kunnen verlagen.
- Er komt overgangsrecht inzake het verkorten van maximale looptijd 30%-regeling. In het bijzonder betreft dit overgangsrecht de groep waarvoor de 30%-regeling als gevolg van deze maatregel in 2019 of 2020 zou eindigen.
- Intensivering S&O-afdrachtvermindering. In 2020 gaat het percentage van de tweede schijf van de S&O-afdrachtvermindering omhoog van 14% naar 16%. Innovatieve ondernemers krijgen hierdoor een hogere vermindering van de af te dragen loonbelasting, als zij kosten maken en uitgaven doen ten behoeve van speur- en ontwikkelingswerk.
- De terugwerkende kracht van de eerder aangekondigde spoedmaatregelen fiscale eenheid zal beperkt worden tot 1 januari 2018.
- De eerder aangekondigde rekening-courantmaatregel voor directeuren-grootaandeelhouders wordt verzacht. In plaats van een overgangsregeling voor bestaande eigenwoningschulden worden ook nieuwe eigenwoningschulden van de directeuren-grootaandeelhouder uitgezonderd. Daarnaast zal bovenop deze eigenwoningschuld een aanvullende drempel van € 500.000 voor de directeuren-grootaandeelhouder en zijn partner gezamenlijk gaan gelden.
(Bron: Ministerie van Financiën, d.d.
15 okt. 2018)
Welke stukken stuurt SZW in 2019 naar de Tweede Kamer?
Minister Koolmees en staatssecretaris Van Ark hebben op 26 november 2018 een concept-jaarplanning aan de Tweede Kamer gestuurd. Daarin staan de brieven, wetsvoorstellen en andere stukken die het ministerie verwacht te verzenden.
Lees wat ons te wachten staat.
Belangrijke onderwerpen die eind 2018 niet zijn opgelost
Positie ZZP'ers
Het kabinet slaagde er in 2018 niet in met een plan te komen om de lage tarieven en schijnzelfstandigheid van zelfstandigen aan te pakken. Evenmin kwam er voor
ZZP'ers een betere arbeidsongeschiktheidsverzekering en een plan voor de pensioenregeling. De onderwerpen zijn doorgeschoven naar medio 2019.
Nieuw pensioenstelsel
Eind 2018 mislukte het overleg tussen werkgevers, vakbonden en het kabinet over een nieuw pensioenstelsel. Komt het kabinet met een nieuw voorstel?
Lelystad Airport
Het besluit over de opening van Lelystad Airport om vakantievluchten van Schiphol over te nemen is al twee keer uitgesteld, de toekomst is onzeker.
Klimaatakkoord
Het ontwerp-klimaatakkoord is op 21 december 2018 is gepresenteerd. Na doorrekening door het Planbureau voor de Leefomgeving en het Centraal Planbureau zal het kabinet in 2019 met een voorstel komen. Inmiddels zijn milieu-organisaties afgehaakt omdat in het ontwerp-klimaatakkoord de CO2-heffing te betalen door de vervuilende industrie niet voorkomt.
NB: Verkiezingen 2019
- 20 maart: Provinciale Staten
- 23 mei: Europees Parlement
- 27 mei: Eerste Kamer
Wettekst op de juiste wijze interpreteren
Een wettekst op de juiste wijze interpreteren, valt vaak niet mee. Desgewenst geeft de Stichting Adviesgroep Bestuursrechten (
St-AB.nl) raad.
Invoering Omgevingswet opnieuw uitgesteld
De invoering van de Omgevingswet loopt wederom vertraging op. ‘Ik zal na overleg met de bestuurlijke partners met een voorstel voor een nieuwe inwerkingtredingsdatum komen,’ schrijft minister Van Veldhoven (Milieu en Wonen) aan de Tweede Kamer.
De minister blaast de invoering op 1 januari 2021 af vanwege de aandacht die de bestrijding van het coronavirus opslokt. De aanpak van het kabinet zou te ‘diep ingrijpen’ op het dagelijks leven om het project door te zetten. ‘De verwachting is dat de coronamaatregelen ook effect hebben op de voortgang van de implementatie van de Omgevingswet,’ schrijft ze in de
uitstelbrief.
Kabinet wil adressencontrole centraliseren
Centrale gegevensuitwisseling wordt de basis voor controle van adressen van inwoners. Het kabinet wil de Landelijke Aanpak Adreskwaliteit (LAA) naar zich toetrekken en deelname verplicht stellen, aldus het conceptwetsvoorstel van staatssecretaris Knops van Binnenlandse Zaken, .
Niet de gemeente, maar het Rijk wordt verantwoordelijk voor de verwerking van persoonsgegevens. Bovendien wordt de minister van Binnenlandse Zaken in het voorstel ook bevoegd gegevens van burgers te verwerken. Nu gaan gemeenten nog volledig zelf over het systeem. De rol van het Rijk moet leiden tot beter bruikbare ‘signalen’ voor gemeenten.
Wat de privacy betreft, schrijft Knops: ‘De juistheid van (adres)gegevens in de BRP is essentieel voor het functioneren van de Nederlandse overheid. Een overheid die burgers niet kent of niet weet te vinden, is niet in staat om de taken te verrichten die door de burgers aan haar zijn toevertrouwd.’ Gelet op dit doel, is de opzet volgens de staatssecretaris toelaatbaar onder de Europese
AVG. (Bron: Gemeente.nu,
14 apr. 2020)
Wetsvoorstel openingstijd winkel eigen keus ondernemer
Om gedwongen opening van winkels zoveel mogelijk te voorkomen en winkeliers daartegen te beschermen, komen er wettelijke regels tegen verplichte openstelling waar niet mee is ingestemd. Dat staat in de wetswijziging op de Winkeltijdenwet die vandaag is ingediend bij de Tweede Kamer. Deze wetswijziging zorgt ervoor dat bijvoorbeeld een winkeliersvereniging niet zomaar de openingstijden kan wijzigen. (Bron: Min. EZK, 9 jul. 2020)
Invoeringskosten Omgevingswet veel hoger dan geraamd
Veel gemeenten ontdekken dat de invoeringskosten van de Omgevingswet stukken hoger uitpakken dan voorgespiegeld. Ook zijn er grote twijfels over de baten. Bezorgde gemeenten willen nu dat de VNG opnieuw gaat onderhandelen met het Rijk.
Wij zijn al in 2016 begonnen met onze voorbereidingen op de Omgevingswet,’ vertelt wethouder Wiemer Haagsma van Noordoostpolder. ‘Minder regelgeving en praten met je omgeving zijn elementen van deze wet die erg goed passen bij onze werkwijze. Maar we zijn ook scherp gaan letten op de financiële consequenties. Volgens de landelijke modellen zou alles budgetneutraal uit moeten pakken. Onze eigen berekeningen wijzen anders uit. We verwachten dat de lasten structureel hoger zijn en dat we de invoeringskosten niet terug gaan verdienen.’ (Bron: Gemeente Nu,
5 sep. 2020)