Gezonde maaltijd onbelast?
Opinie | ma 15 mei 2023 | Bron: HR-kiosk | Auteur: Andries Bongers | Trefwoorden: Lunch, Verstrekkingen, Arboverstrekking, Forfaitaire bijtelling
Valt verstrekking van gratis gezonde lunchmaaltijden aan werknemers in het kader van arbobeleid onder de gerichte vrijstelling in de loonbelasting voor arbovoorzieningen? Advocaat-generaal (AG) Pauwels beantwoordt deze vraag bevestigend in zijn advies aan de Hoge Raad dat vandaag is gepubliceerd.
De zaak
De belanghebbende werkgever verstrekte in 2017 en 2018 kosteloos gezonde lunchmaaltijden aan haar werknemers. De lunchmaaltijden bevatten een vastgesteld minimum aan groenten en waren afgestemd met een diëtiste. Zij bevatten geen toevoegingen zoals zout, suiker en E-nummers. De vraag was of, voor de loonbelasting, de gratis verstrekking ervan aan de werknemers belast is als loon in natura onder de eindheffing of onder de gerichte vrijstelling voor arbovoorzieningen valt. Die vrijstelling geldt voor voorzieningen die rechtstreeks voortvloeien uit het arbeidsomstandighedenbeleid (arbobeleid) dat een werkgever voert op grond van de Arbeidsomstandighedenwet (Arbowet).
Zowel de rechtbank als het gerechtshof beantwoordde die vraag ontkennend. Volgens het hof is de gerichte vrijstelling voor arbovoorzieningen niet aan de orde bij voorzieningen die in meer algemene zin het welzijn en de gezondheid van werknemers bevorderen, zoals bij de verstrekking van gezonde lunches.
De werkgever was het daarmee niet eens en stelde beroep in cassatie in bij de Hoge Raad.
Cassatie(klachten)
De werkgever beroept zich op de tekst van art. 8.4a van de Uitvoeringsregeling Loonbelasting 2011 voor haar standpunt dat de gratis verstrekking van gezonde lunchmaaltijden wel degelijk onder de gerichte vrijstelling voor arbovoorzieningen valt, gegeven dat die verstrekking onderdeel is van haar arbobeleid.
Advies AG
De AG volgt de belanghebbende in haar standpunt. De verstrekking van gezonde lunchmaaltijden valt volgens hem onder de vrijstelling omdat die verstrekking onderdeel is van haar arbobeleid. De Arbowet verplicht werkgevers tot ziekteverzuimpreventiebeleid, en onderdeel daarvan kan zijn gezondheidsbeleid, waarvan weer onderdeel kan zijn de gratis verstrekking van gezonde lunchmaaltijden. De AG ziet onvoldoende aanknopingspunten voor de opvatting van de Staatssecretaris van Financiën dat de vrijstelling uitsluitend geldt voor voorzieningen die direct samenhangen met verplichtingen van de werkgever op grond van de Arbowet. De AG ziet evenmin voldoende grond voor de opvatting van het Hof dat voorzieningen die in meer algemene zin het welzijn en de gezondheid van werknemers bevorderen niet kwalificeren. Dat het verstrekken van gezonde lunchmaaltijden een privébesparing voor de werknemers oplevert, is volgens de AG geen grond om de vrijstelling niet van toepassing te achten omdat de regelgeving niet (meer) voorziet in een uitzondering wegens die omstandigheid.
De AG adviseert de Hoge Raad dan ook om het cassatieberoep van de belanghebbende gegrond te verklaren.
Hij merkt daarbij op dat door een wetswijziging de regels voor gerichte vrijstelling voor arbovoorzieningen vanaf 1 januari 2022 anders luiden. Volgens de toelichting bij die wijziging is met de gerichte vrijstelling voor arbovoorzieningen nooit bedoeld om ook voorzieningen vrij te stellen die niet direct samenhangen met de verplichtingen van de werkgever. Gezonde maaltijden worden in dit verband expliciet genoemd als niet vrijgesteld.
Uitspraak Hoge Raad
De uitspraak van de Hoge Raad is voorlopig bepaald op 17 november 2023 (26 lunches verder!).
Commentaar redactie
In de jaren ’70 van de vorige eeuw werd in veel bedrijfskantines de lunch gratis verstrekt of minstens het brood, melk en fruit. De Belastingdienst heeft daar toen een stokje voor gestoken en de werkgever belast voor deze verstrekkingen.
De Wet op de loonbelasting 1964 (w.o. de latere WKR) biedt al veel ruimte om ook gezonde maaltijden aanzienlijk lager te belasten dan regulier loon.
Werkgevers die personeel gezond willen laten eten, worden hierin ook met belastingmaatregelen ondersteund. Namelijk de forfaitaire bijtelling voor een gezonde, zeer gezonde of een ongezonde lunch met snacks is bepaald op een bedrag van € 3,55 (2023).
Dus mocht een zeer gezonde lunch 10 euro kosten, dan is de bijtelling nog steeds maar € 3,55.
Overigens een fruitmand, waar iedere werknemer naar eetlust in kan graaien is wel onbelast.
Maar stel dat alle medewerkers i.p.v. een “vette hap” gewoon een rijke fruitlunch nuttigen?
Ja, dat zal wel niet de bedoeling zijn, zal de belastingdienst zeggen. Maar kleine consumpties op de werkplek zijn wel onbelast en vele kleine consumpties zijn samen weer een volledige lunch, toch? Er zijn dus grensgevallen.
Naar onze mening is de vraag echter niet of het een nuttige verstrekking is en onbelast moet zijn, maar of het een verstrekking is, die t.o.v. een normale lunch (die wel belast wordt) een uitzondering is.
Wanneer een lunch niet gebruikelijk zou zijn en gezonde voeding noodzakelijk is om op de been te blijven c.q. te kunnen functioneren, dan is er wat voor te zeggen om een gezonde lunch niet te belasten en een arbovoorziening te noemen. Het wordt dan wellicht een gerichte vrijstelling, met een duidelijke beschrijving van de belastingdienst (na een grondig onderzoek) wat onder gezond moet worden verstaan.
We zullen het over 26 lunches weten.
Inmiddels duurde de strijd zo'n 8 jaar. Koppert Cress is naar de rechter gegaan. "Eerste keer verloren, tweede keer verloren. Heel lang gewacht. Pleidooi van de advocaat-generaal. In 2023 werden we in het gelijk gesteld.
Een jaar later, in 2024, komt de uitslag van de Hoge Raad en werd Baan als in het gelijk gesteld.. Ze namen het advies aan".
Toch was het misschien verstandiger om in eerste instantie een andere oplossing te kiezen.
De vraag is nu: werd werkgever in het gelijk gesteld, omdat het bedrijf zelf gezonde groeten verbouwt en verhandelt of geldt deze uitspraak voor alle werkgevers en . . . . . zijn er meer gezonde verstrekkingen, die ook onder de arbovoorzieningen voor de werkgever gelden?