Ouderschapsverlof

Datum laatste wijziging: 30 juli 2024  |  Trefwoorden: , , , , , , , , , , , , ,

Inhoud

  1. Recht sinds 1-1-2015
  2. Regels ouderschapsverlof
  3. Ouderschapsverlof weigeren
  4. Duur ouderschapsverlof
  5. Pensioen
  6. Minimum inkomen
  7. Ouderschapverlof en uitkering
  8. Ouderschapsverlofkorting
  9. Cijfers
  10. Voorstel kabinet 15-9-2015
  11. Populariteit ouderschapsverlof groeit bij vaders, hoewel ........
  12. Uitbreiding ouderschapsverlof in de ijskast
  13. Ziek tijdens ouderschapsverlof
  14. WerkZorgBerekenaar helpt bij financiële keuze tussen meer of minder werken
  15. Grootouderverlof voor werkende opa en oma
  16. SER adviseert vereenvoudiging en uitbreiding ouderschapverlof
  17. Uitbreiding van het ouderschapsverlof kan ook zonder wet
  18. Europese regelgeving over vaderschaps- en ouderschapsverlof
  19. Jonge vaders en de combinatie van arbeid en zorg 2017
  20. Vier maanden maanden ouderschapsverlof waarvan twee betaald
  21. Ouderschapsverlof niet alleen laten betalen door werkgevers
  22. Ouderschapsverlof wordt vanaf 2022 deels betaald
  23. Stichting van de Arbeid teleurgesteld over concept Wet betaald ouderschapsverlof 
  24. Ouderschapsverlof deels betaald vanaf augustus 2022
  25. Ook Eerste Kamer stemt voor ouderschapsverlof maar wil 70%
  26. Partnerverlof nadeliger voor laagste inkomens
  27. UWV betaalt verlofuitkering aan nieuwe werkgever
  28. Nieuwe regels ouderschapsverlof, in het onderwijs

Recht sinds 1-1-2015

U heeft recht op ouderschapsverlof voor uw kind tot 8 jaar. U mag zelf bepalen hoe en wanneer u het verlof opneemt.

NB: Het recht om ouderschapsverlof op te nemen, is ook vastgelegd in een Europese richtlijn.

Regels ouderschapsverlof

Voor ouderschapsverlof gelden de volgende regels:
  • U kunt ouderschapsverlof opnemen voor kinderen tot 8 jaar.
  • Voor elk kind kunt u apart ouderschapsverlof opnemen.
  • Beide ouders hebben recht op ouderschapsverlof.
  • Bij een tweeling heeft u recht op 2 keer ouderschapsverlof.
  • U kunt ouderschapsverlof bij uw werkgever aanvragen zodra u in dienst bent. Vanaf 1 januari 2015 hoeft u niet meer minstens 1 jaar bij uw werkgever in dienst te zijn.
  • U kunt ouderschapsverlof krijgen voor uw kind, adoptiekind, pleegkind of stiefkind. Het kind moet wel bij u wonen
  • De werknemer kan aangeven op welke dagen hij ouderschapsverlof wil genieten. Dit wordt ook wel de urenspreiding genoemd.
  • Het ouderschapsverlof is in principe onbetaald verlof. In een aantal CAO’s is echter geregeld dat een deel van het loon tijdens het verlof wordt doorbetaald.
  • Sinds 1 januari 2015 heeft de partner van degene die is bevallen recht op 3 dagen ouderschapsverlof (partnerverlof).
  • Bij ziekte loopt het ouderschapsverlof gewoon door.
  • Wordt de werknemer werkloos, dan eindigt per direct het ouderschapsverlof.
  • Tijdens ouderschapsverlof bouwt de werknemer geen vakantiedagen op. Als hij gedeeltelijk blijft werken dan bouwt hij over de uren dat hij werkt wel vakantiedagen op
  • Als een werknemer ouderschapsverlof bij de oude werkgever opneemt - en de arbeidsovereenkomst met de oude werkgever eindigt voordat het ouderschapsverlof volledig is genoten - heeft de werknemer als hij aansluitend een nieuwe arbeidsovereenkomst met de nieuwe werkgever aangaat, recht op het restant van het ouderschapsverlof.
Sinds 1 januari 2015 mag de werknemer zelf bepalen hoe en wanneer hij u ouderschapsverlof opneemt. U geeft dit aan in de aanvraag die u bij uw werkgever indient.


Meer informatie over ouderschapsverlof is te vinden op de site van het Ministerie van SZW.

Ouderschapsverlof weigeren

De werkgever mag de aanvraag om ouderschapsverlof alleen weigeren als het verlof het bedrijf ernstig in de problemen brengt. De werkgever kan, na overleg met de werknemer, de door deze gewenste wijze van invulling van het verlof op grond van een zwaarwegend bedrijfs- of dienstbelang wijzigen, tot vier weken voor het tijdstip van ingang van het verlof.

Wat een zwaarwegend bedrijfsbelang inhoudt, kan niet éénduidig worden aangegeven. Dit verschilt per onderneming en per casus. In de rechtspraak zijn echter wel aanknopingspunten te vinden voor de uitleg van het begrip ‘zwaarwegend bedrijfsbelang’. Hieronder vallen in ieder geval economische, technische en operationele belangen van de onderneming, maar ook krappe arbeidsmarkt kan een zwaarwegend bedrijfsbelang opleveren. De werkgever moet het verzoek in de context van de concrete situatie beoordelen aan de hand van de criteria ‘redelijkheid’ en ‘billijkheid’. Dit wijst er op dat de bedrijfsbelangen ook afgewogen moeten worden tegen belangen van de werknemer. (Bron: Rechtdoor, 2017)

Duur ouderschapsverlof

De verlofregeling duurde voorheen 13 weken, maar per 1 januari 2009 is het ouderschapsverlof verlengd naar 26 weken.
Het aantal uren verlof per week blijft hetzelfde: ten hoogste de helft van de werktijd per week, gespreid over twaalf maanden. In overleg met de werkgever kun je het ouderschapsverlof ook op een andere manier opnemen. Dit kan als volgt:
  • het verlof over een langere periode dan twaalf maanden uitsmeren;
  • meer uren verlof per week opnemen. Bijvoorbeeld voltijds
  • het verlof opsplitsen in maximaal zes gedeelten. Elk gedeelte moet minimaal een maand duren

Pensioen

Omdat de werknemer tijdens opname van het ouderschapsverlof minder uren werkt, is er tijdelijk sprake van een lager loon. Daardoor zal zijn pensioenopbouw in die periode waarschijnlijk lager zijn dan daarvoor. Wat de consequenties zijn, is niet bij voorbaat duidelijk, mogelijk kan het pensioenreglement uitsluitsel geven. Het komt voor dat werkgever en werknemer hierover voor de werknemer gunstiger (schriftelijk!) afspraken kunnen maken.

Minimum inkomen

Werknemers moeten erop attent zijn dat inkomensafhankelijke regelingen (huursubsidie, bijdrage voor kinderopvang, rechtsbijstand, thuiszorg et cetera) zijn gekoppeld aan het salaris. Door verlof op te nemen - en daardoor afstand te doen van een deel van het inkomen - kan het inkomen bovendien onder het sociaal minimum komen. Er is dan misschien recht op aanvullende bijstand.

Ouderschapverlof en uitkering

Is de periode waarin u ouderschapsverlof heeft korter dan 18 maanden? Dan heeft het verlof geen invloed op de hoogte en duur van een eventuele toekomstige WW-uitkering of WIA-uitkering. Is de periode waarin u ouderschapsverlof heeft langer dan 18 maanden dan kan dat gevolgen hebben voor de hoogte en de duur van uw WW- of WIA-uitkering. Het UWV kan dat voor u berekenen.

Ouderschapsverlofkorting

De ouderschapsverlofkorting is per 2015 vervallen.

Cijfers

Ruim drie kwart van de vaders die recht hebben op ouderschapsverlof nam dit niet op in 2013. Bij moeders is dit bijna de helft. Toch namen zowel vaders als moeders vaker ouderschapsverlof op dan tien jaar geleden. (Bron: CBS, 19 jun. 2015)

Voorstel kabinet 15-9-2015

Hieronder beschrijven we het voorstel van het kabinet, dat mogelijk in 2016 tot een wetsvoorstel zou moeten leiden en in 2017 na de nodige procedures tot een aanpassing van de wet. Werknemers van een partner die net is bevallen, krijgen per 1 juli 2017 recht op vijf dagen betaald kraamverlof. Op dit moment hebben zij recht op twee dagen betaald kraamverlof. Het kabinet vindt het belangrijk dat werknemers na de geboorte van een baby kunnen wennen aan de nieuwe situatie thuis. Het kraamverlof zal daarom uitgebreid worden van twee naar vijf dagen. Op dit moment krijgt de partner twee dagen betaald kraamverlof en kan deze hier eventueel drie dagen (onbetaald) ouderschapsverlof aan vast plakken, 75% van de werknemers maakt echter geen gebruik van het recht op deze extra drie dagen.

Door het betaald kraamverlof uit te breiden hoopt de overheid dat deze werknemers in een later stadium ook meer betrokken zijn bij de opvoeding. Naar verwachting zullen ongeveer 165.000 werknemers baat hebben bij deze maatregel.
 

Populariteit ouderschapsverlof groeit bij vaders, hoewel ........

Anno 2016 neemt 11 procent van de vaders ouderschapsverlof op. Tien jaar geleden was dit nog 6 procent. 'Maar het is wel duidelijk een minderheid van de mannen die dat doet.' Van de moeders neemt 22 procent ouderschapsverlof op. Tien jaar geleden was dit nog 13 procent. Het feit dat veel mannen geen ouderschapsverlof opnemen, wijst er deels op dat voor hen de carrière belangrijker is dan voor vrouwen. (Bronnen: Volkskrant en BNR, augustus 2016)

Uitbreiding ouderschapsverlof in de ijskast

De uitbreiding van het betaalde vaderschapsverlof van twee naar vijf dagen wordt definitief niet meer per 2019 ingevoerd, zoals aanvankelijk de bedoeling was. De VVD wil dat het wetsvoorstel van demissionair minister Lodewijk Asscher (Sociale Zaken) controversieel wordt verklaard, waardoor het onderwerp niet meer in de Tweede Kamer wordt behandeld.

De VVD krijgt steun van het CDA, D66 en GroenLinks, de partijen waarmee de liberalen momenteel onderhandelen over een nieuw te vormen kabinet. Volgens VVD-Kamerlid Dilan Yesilgoz kost de uitbreiding de samenleving veel geld en is het daarom niet verantwoord om de wet te behandelen zolang het kabinet demissionair is. (Bron: NU, 13 apr. 2017)

Ziek tijdens ouderschapsverlof

Wat gebeurt er wanneer de medewerker tijdens de ouderschapsverlofperiode ziek wordt?
Wat zegt de wet hierover:
Artikel 6:6 (WAZ)
1. De werkgever stemt in met een verzoek van de werknemer om het verlof niet op te nemen of niet voort te zetten als gevolg van het opnemen van het zwangerschaps- of bevallingsverlof, bedoeld in artikel 3:1, eerste lid, het verlof, bedoeld in artikel 3:1a, eerste lid of vierde lid, of het adoptieverlof, bedoeld in artikel 3:2, eerste lid. De werkgever hoeft aan het verzoek niet met ingang van een vroeger tijdstip gevolg te geven dan vier weken na het verzoek.
2. De werkgever stemt in met een verzoek van de werknemer om het verlof niet op te nemen of niet voort te zetten als gevolg van onvoorziene omstandigheden, tenzij een zwaarwegende bedrijfs- of dienstbelang zich hiertegen verzet. Indien de werkgever instemt met het verzoek wordt het recht op verlof opgeschort. De derde zin van het eerste lid is van toepassing.

Wordt loon doorbetaald?
Gedurende de tijd die de medewerk(st)er met verlof is eindigt de arbeidsovereenkomst dus niet, maar lijdt deze een slapend bestaan. Wordt de medewerk(st)er tijdens het ouderschapsverlof ziek, dan krijgt hij of zij alleen doorbetaald over de uren die zij/hij is blijven werken (bijv. 18 uur over 5 maanden). M.a.w. er wordt geen loon (WULBZ) betaald over de ouderschapsverlofuren.

Afzien van het verlof
In de Wet Arbeid en Zorg staat dat je je ouderschapsverlof kunt wijzigen of intrekken bij onvoorziene omstandigheden (artikel 6:6). Daarbij kun je denken aan een echtscheiding, aan arbeidsongeschiktheid of een partner die terugkomt op eerder gemaakte afspraken over de verzorging van het kind.
De medewerk(st)er kan wel een verzoek indienen bij de werkgever om van het verlof af te zien of het verlof te stoppen, als zich onvoorziene omstandigheden voordoen. De werkgever moet op dit verzoek ingaan nadat er vier weken zijn verstrekken sinds het indienen van het verzoek. Eerder mag ook, maar dat is aan de werkgever.
De werkgever heeft het recht om een dergelijk verzoek weigeren wanneer hij gewichtige reden kan aanvoeren tegen het eerder terugkeren of niet opnemen van het verlof. In de praktijk komt dat zelden voor. Voorzieningen die de werkgever heeft getroffen vanwege je ouderschapsverlof, zoals het aantrekken van een vervanger, zijn niet voldoende redenen om een verzoek af te wijzen.
Het recht op ouderschapsverlof vervalt echter niet wanneer de werknemer dit stopzet omdat de werknemer zwangerschapsverlof, bevallingsverlof of adoptieverlof wil opnemen. In dat geval mag de werknemer het onderbroken ouderschapsverlof op een latere datum opnemen (art 6:6 WAZ).

WerkZorgBerekenaar helpt bij financiële keuze tussen meer of minder werken

Een dagje meer of minder werken, wat betekent dat voor mijn portemonnee? Met de online rekentool WerkZorgBerekenaar is dit nu eenvoudig uit te rekenen. Het Nibud heeft de tool ontwikkeld in samenwerking met WOMEN Inc., hét vrouwennetwerk dat de positie van vrouwen in Nederland versterkt.
De tool laat zien wat het netto betekent om meer of minder te gaan werken.
https://www.nibud.nl/consumenten/werkzorgberekenaar-helpt-keuze-meer-minder-werken/

Grootouderverlof voor werkende opa en oma

Als papa en mama moeten werken, liggen opa en oma vaak voor de hand om even op hun kleinkinderen te passen. In België krijgen grootouders in de toekomst daar wellicht een speciaal verlof voor. De Vlaamse christendemocraten (CD&V) dienden 20 september 2017 een wetsvoorstel in voor een grootouderverlof. Werknemers die kleinkinderen tot 18 jaar hebben, kunnen iedere maand een vergoeding van maximaal 599 euro aanvragen.

Ook in het Verenigd-Koninkrijk is er al eens over gesproken en in Finland, Bulgarije en Cuba bestaat al een vorm van grootouderverlof. (Bron: RTV Drenthe, 22 sep. 2017 

SER adviseert vereenvoudiging en uitbreiding ouderschapverlof

Het huidige verlofstelsel bestaat uit veel regelingen en is in praktijk erg ingewikkeld. Elke regeling kent verschillende voorwaarden en aparte financieringsvormen. De SER adviseert daarom de bestaande regelingen te vereenvoudigen door kraamverlof en partnerverlof in het ouderschapsverlof samen te voegen.

Het kabinet wil al het partnerverlof verlengen van twee naar vijf dagen ingaande 2019. De werkgever betaalt dan de kosten. Per juli 2020 kan de partner nog vijf extra weken betaald thuisblijven, het aanvullend kraamverlof, waarin uitkeringsinstantie UWV 70 procent van het loon doorbetaalt. Minister Wouter Koolmees (Sociale Zaken, D66) laat weten dat hij voorlopig wil vasthouden aan de afspraken in het regeerakkoord. Hij komt binnenkort met een eerste uitwerking van die plannen. Het SER-advies ziet hij als “een blik op de toekomst”. (Bronnen: NOS & NRC, 18 feb. 2018)

Uitbreiding van het ouderschapsverlof kan ook zonder wet

De regering wil het ouderschapsverlof voor de partners van moeders verruimen. Sommige bedrijven willen daar niet op wachten of vinden de aangekondigde verruiming niet ver genoeg gaan. Gezondheidszorgbedrijf Janssen is zo’n werkgever die aanmerkelijk guller is dan de wet voorschrijft. Sinds 1 januari 2018 kan iedere Janssen medewerker gebruik maken van een forse uitbreiding van het ouderschapsverlof. Het zwangerschapsverlof is uitgebreid van zestien naar twintig weken. Partners gaan er nog meer op vooruit, de wettelijke twee dagen zijn uitgebreid naar acht weken.

De uitbreiding van de ouderschapsverlofregeling is wereldwijd doorgevoerd bij alle onderdelen van Johnson & Johnson, het moederbedrijf van Janssen. In Nederland werken er ruim 2400 mensen voor Johnson & Johnson, waarvan ruim 2100 voor de diverse onderdelen van Janssen. (Bron: PW Net, 17 mei 2018)

Europese regelgeving over vaderschaps- en ouderschapsverlof

Een meerderheid van de Europese ministers van Sociale zaken heeft ingestemd met het voorstel dat werknemers recht moeten krijgen op minimaal tien dagen betaald kraamverlof en zes weken betaald ouderschapsverlof (juni 2018). Op dit moment is het ouderschapsverlof in Nederland nog onbetaald, tenzij hier in de cao andere afspraken over zijn gemaakt.

De duur van het vaderschaps- en ouderschapsverlof verschilt sterk tussen de EU-lidstaten. Deze verschillen kunnen leiden tot oneerlijke concurrentie, omdat werkgevers in de ene lidstaat meer geld kwijt zijn aan verlof dan werkgevers in andere lidstaten. De Europese Commissie heeft daarom voorgesteld om een minimum te stellen aan de duur van het vaderschaps- en ouderschapsverlof.
Het voorstel kan ook grote kosten met zich meebrengen voor landen die nu een kort verlof kennen. Het voorstel leidt dan ook tot veel discussie.

Nederlanders hebben (in tegenstelling wat vaak beweerd wordt) een stuk minder vrije dagen dan andere EU-landen. Wanneer we alle vrije dagen op een rij zetten, dus zowel officiële feestdagen als het wettelijk minimum aan vrije dagen, dan blijkt Zweden het grootste aantal vrije dagen te hebben. Daar viert men 14 feestdagen en krijgt men per jaar minimaal 25 vakantiedagen. Dat komt dus neer op een minimum van 39 vrije (betaalde) dagen per jaar. In Nederland zijn dat er 28. Minimaal twintig vakantiedagen per jaar en acht officiële feestdagen.
Naast Zweden zijn ook inwoners van Frankrijk (in totaal 36 vrije dagen), Engeland (36), Denemarken (36), Portugal (35), Spanje (34), Italië (32), Noorwegen (31), België (30) en Duitsland (29) vaker vrij dan wij.

In juni 2018 werden de ministers van de lidstaten het eens over tien dagen kraamverlof, maar zij stelden wel dat elk land zelf de hoogte van de uitkering moet kunnen bepalen. M.a.w. In hoeverre c.q. in welke mate over de dagen het loon moet worden doorbetaald, mogen de landen zelf bepalen. De parlementaire commissie voor werkgelegenheid en sociale zaken liet weten zich wel te willen inzetten voor een Europese standaard voor de uitkering. Voordat de nieuwe regelgeving van kracht kan worden, zullen het Europees Parlement en de Raad van Ministers met een gekwalificeerde meerderheid moeten instemmen met het voorstel van de Commissie.

Jonge vaders en de combinatie van arbeid en zorg 2017

Uit onderzoek van het CBS (27-3-2019) blijkt:
  • Bijna negen op de tien werkende vaders namen in 2017 bij de geboorte van hun kind een vorm van verlof op.
  • Vakantieverlof of arbeidsduurverkorting werden het meest genoemd.
  • Van alle werkende vaders met kinderen tot acht jaar maakte 11 procent gebruik van ouderschapsverlof.
  • Gebruik verlofregelingen werkende vaders vrijwel onveranderd.
  • Het gebruik van verlofregelingen door vaders is de afgelopen jaren nagenoeg gelijk gebleven.
Achtergrondbericht - De werk-privébalans van vaders met jonge kinderen

Vier maanden betaald ouderschapsverlof waarvan twee betaald 

Nadat de Europese ministers eerder een principebesluit hadden genomen, nam het Europees Parlement nam op 4 april 2019 een richtlijn aan 'Ouders krijgen in de toekomst recht op vier maanden ouderschapsverlof, waarvan twee betaald.' De Europese landen krijgen drie jaren de tijd om de richtlijn in een nationale wet om te zetten. Over de twee maanden betaling is qua hoogte nog geen duidelijkheid en ook niet wie dit alles gaat betalen.

Tegelijk met het ouderschapsverlof wordt het kraamverlof voor partners (vaderschapsverlof) verruimd naar minimaal tien dagen doorbetaald verlof, zie sub-paragraaf Vaderschapsverlof.

Deze richtlijn biedt minister Koolmees ruimte om een eigen invulling aan betaald ouderschapsverlof te geven. Zo mag Nederland zelf bepalen tot aan welke leeftijd van het kind de werknemer het recht op betaling van het ouderschapsverlof heeft. Hierbij geldt de achtste verjaardag van het kind als uiterste. Ook laat minister Koolmees uitzoeken of werkgevers het loon moeten doorbetalen tijdens het verlof of dat werknemers hiervoor recht krijgen op een uitkering. Nederland beslist ook zelf de hoogte van het loondoorbetalingspercentage of de verlofuitkering. De EU heeft wel geregeld dat het betalingsniveau de opname van ouderschapsverlof moet ondersteunen.

Lang traject voor recht op betaald ouderschapsverlof

De exacte verplichte datum van toepassing van de nieuwe regels is nog onzeker. De Europese Raad en het Europese Parlement zullen op korte termijn het voorstel formeel goedkeuren. De verwachting is dat de richtlijn vervolgens in juni wordt getekend. 20 dagen na publicatie van de richtlijn treedt deze in werking. Drie jaar later moeten EU-lidstaten de bepalingen uit de richtlijn volledig hebben geïmplementeerd in de nationale wetgeving. Als in juli 2019 de richtlijn in werking treedt, moeten werknemers in Nederland dus per juli 2022 betaald ouderschapsverlof kunnen opnemen. De Tweede Kamer kan in het eerste kwartaal van 2020 het wetsvoorstel van de minister verwachten.

Redactie: Naast de hoogte wie dat alles (minimum loon, percentage laatst genoten salaris, wel of niet vakantiegeld er bij betrekken, etc.?) gaat betalen (UWV, Werkgever, derde?), zijn er meer problemen die moeten worden opgelost, onder meer:
  • wat te doen bij arbeidsongeschiktheid van de moeder en/of partner tijdens de periode van ouderschapsverlof?
  • kan vakantie aansluitend aan de twee/vier maanden ouderschapsverlof worden opgenomen?
  • komt het bestaande zwangerschaps- en bevallingsverlof te vervallen of moet het worden aangepast?
  • idem m.b.t het bestaande vaderschapsverlof?
Conclusie: 'Is bij het annonceren van een dergelijke regeling wel gedacht aan de samenhang met andere wetten?'

En tenslotte 'het zal toch niet waar zijn?':
  • De vrouw van werknemer B krijgt een kind.
  • Werknemer B neemt (minimaal) 10 dagen kraamverlof.
  • Aansluitend neemt hij 4 maanden ouderschapsverlof (waarvan 2 maanden betaald).
  • Aansluitend is hij toe aan een vakantie, 1 maand betaald verlof.
  • Werknemer B heeft vanwege overwerken in het recente verleden nog 140 uren (28 dagen) te goed, die worden aansluitend op de vakantie omgezet in circa 1 maand betaalde vrije tijd. Hij besteedt die maand aan tuinieren.
  • Tijdens het tuinieren valt werknemer B van de ladder en raakt ernstig gewond. Hij blijft langdurig twee jaar arbeidsongeschikt. De werkgever betaalt (goeddeels) zijn salaris door.
  • De werkgever voert gesprekken met de arbodienst en bedrijfsarts, wat het nodige geld kost.
  • Het dienstverband wordt om medische redenen beëindigd, maar niet voordat werknemer B in het zonnetje is gezet vanwege zijn 25-jarig dienstverband en hij een maand extra netto salaris ontvangt.
  • Er blijken nog vakantiedagen te zijn die werknemer B niet heeft kunnen opnemen, die worden dan maar afbetaald.
  • Op de laatste dag van het dienstverband ontvangt hij van de werkgever nog een flinke som geld, de zogeheten transitievergoeding.
  • Werknemer B solliciteert elders naar een functie waarbij zijn medische beperkingen geen rol spelen. Hij wordt aangesteld, en enkele dagen later bevalt zijn vrouw voor de tweede keer .............

Ouderschapsverlof niet alleen laten betalen door werkgevers

Laat werkgevers niet exclusief opdraaien voor de kosten van twee maanden betaald ouderschapsverlof. Dat zeggen VNO-NCW en MKB-Nederland (8 april 2019) in reactie op de stemming in het Europees Parlement over de work-life balance richtlijn, waarin het betaald ouderschapsverlof is opgenomen.

Ouderschapsverlof wordt vanaf  2 augustus 2022 deels betaald

Wie vanaf 2022 ouderschapsverlof wil opnemen, krijgt daar in de eerste negen weken deels voor betaald. Dat heeft het kabinet besloten. De verlofweken moeten wel worden opgenomen voordat het kind 1 jaar oud is. De regeling geldt naar schatting voor zo'n 200.000 ouders en wordt uitgekeerd door het UWV. Ouders krijgen straks van het UWV een uitkering ter hoogte van de helft van hun dagloon. (Bron: Min. SZW, 29 apr. 2020)

Betaald ouderschapsverlof vanaf 2 augustus 2022

Het wetsvoorstel dat uitkering bij ouderschapsverlof in Nederland regelt, is op 12 oktober 2021 door de Eerste Kamer aangenomen en gaat op 2 augustus 2022 in.
Werknemers in Nederland krijgen op dit moment hun ouderschapsverlofuren niet uitbetaald. Dit wijzigt door een nieuwe Europese richtlijn die voorziet in 2 maanden betaald ouderschapsverlof.
Werkgevers kunnen vanaf 2 augustus 2022 de aanvragen indienen bij UWV voor de uitkering voor de werknemers die gedeeltelijk betaald ouderschapsverlof opnemen. De werknemers moeten het verlof opnemen in het eerste levensjaar van hun kind.
Let op: het ouderschapsverlof geldt onder voorwaarden ook voor ouders die vóór de invoering van de wet een kind krijgen.
Op dit moment kun je in Nederland al 26 weken ouderschapsverlof per ouder in de eerste 8 levensjaren van het kind krijgen. Met het wetsvoorstel betaald ouderschapsverlof worden beide ouders in het eerste levensjaar van het kind voor 9 van deze weken gedeeltelijk doorbetaald. Deze weken komen bovenop de 16 weken zwangerschaps- en bevallingsverlof voor de moeder en 6 weken aanvullend geboorteverlof voor de partner.

9 weken betaald verlof

Ouders krijgen straks gedurende 9 weken ouderschapsverlof een UWV-uitkering ter hoogte van 70 procent van hun dagloon (tot 70 procent van het maximum dagloon). Voorwaarde is dat zij deze 9 weken opnemen in het eerste levensjaar van het kind.
Ouders krijgen daarmee meer tijd om te wennen aan de nieuwe gezinssituatie. En om samen bewust keuzes te maken over de verdeling van werken en zorgen.
Ook betaald ouderschapsverlof bij kinderen die geboren zijn vóór invoering wet
Het ouderschapsverlof geldt ook voor sommige ouders die vóór de invoering van de wet een kind krijgen. Daarvoor gelden de volgende voorwaarden:
Het kind moet op het moment dat de wet ingaat jonger dan 1 jaar zijn.
Ook moeten ouders op dat moment werken (werknemer zijn).
De ouders hebben nog niet het volledige recht (26 maal de arbeidsuur per week) op ouderschapsverlof hebben opgenomen.

Voorbeeld

Een werknemer is op de datum van de invoering van de wet ouder van een kind (6 maanden). Hij of zij heeft al 19 weken (wettelijk onbetaald) ouderschapsverlof opgenomen. Deze werknemer heeft nog 6 maanden om 7 weken ouderschapsverlof op te nemen. Dan is het kind 1 jaar. Tijdens die 7 weken heeft hij of zij recht op een uitkering.

Adoptie- of pleegouderschap

Bij adoptie- of pleegouderschap is betaald ouderschapsverlof ook mogelijk voor kinderen onder de 8 jaar. Dit geldt alleen voor het eerste jaar na de dag van de feitelijke adoptie of plaatsing.
Ook is een motie aangenomen die de regering oproept om het doorbetalingspercentage bij verlof voor inwerkingtreding van de wet te verhogen van 50 procent naar 70 procent.

Stichting van de Arbeid teleurgesteld over concept Wet betaald ouderschapsverlof 

De Stichting van de Arbeid heeft eerder aangegeven teleurgesteld te zijn dat deze wetswijziging niet de gehoopte opmaat is naar stroomlijning en vereenvoudiging van bestaande verlofregelingen zoals in SER-adviezen is bepleit. Door aan elke verlofregeling verschillende voorwaarden en bedragen te koppelen, wordt het gebruik ervan en het draagvlak er voor verre van bevorderd. Bovendien leidt het tot een stapeling van verlof. (Bron: Stichting van de Arbeid, 31 mrt. 2021

Ouderschapsverlof deels betaald vanaf augustus 2022

Bij de geboorte van een kind komt er veel op ouders af. Het kabinet wil dat mensen meer de ruimte krijgen om te kiezen hoe ze zorg en werk kunnen combineren. Daarom krijgen ouders per 2 augustus 2022 negen weken van het ouderschapsverlof doorbetaald.  Het kabinet stimuleert ouders daarmee om het ouderschapsverlof daadwerkelijk op te nemen. De Tweede Kamer heeft op 20 april 2021 met het wetsvoorstel ingestemd.  
Wet betaald ouderschapsverlof deels betaald vanaf 2 augustus 2022
Een kind krijgen is een mooie en bijzondere gebeurtenis, maar er verandert ook veel. Samen met je partner moet je op zoek naar een nieuwe balans tussen werk en gezin. Door het ouderschapsverlof deels te betalen wordt het makkelijker om zowel een baan te hebben als meer tijd thuis te besteden. En dat is belangrijk, want in het eerste jaar maken stellen afspraken over de werk- en zorgverdeling. Door het ouderschapsverlof in het eerste jaar te betalen verkleinen we voor veel gezinnen de belemmering om ouderschapsverlof daadwerkelijk op te nemen.

Nu al 26 weken ouderschapsverlof

Nu al kunnen ouders 26 weken ouderschapsverlof opnemen in de eerste acht levensjaren van hun kind. Dat verlof is in principe onbetaald, tenzij werkgever en werknemers daar binnen hun bedrijf of cao andere afspraken over maken. Daardoor kan niet iedereen het zich veroorloven gebruik te maken van het verlof: slechts een derde van de ouders neemt ouderschapsverlof op. Daarom heeft het kabinet besloten om de eerste negen van de 26 weken ouderschapsverlof te gaan betalen. Ouders krijgen straks van UWV een uitkering ter hoogte van 50% van hun dagloon, tot 50% van het maximum dagloon. De regeling gaat op 2 augustus 2022 in. UWV en bedrijven hebben daardoor tijd om zich voor te bereiden.

Europese richtlijn
De Wet betaald ouderschapsverlof is de uitwerking van  de Europese richtlijn voor een betere werk-privé balans voor ouders. Nederland moet deze richtlijn op uiterlijk 2 augustus 2022 in de nationale wetgeving hebben verwerkt. Die datum lijkt haalbaar, nu de Tweede Kamer heeft ingestemd. Wel is er ook nog een akkoord van de Eerste Kamer nodig en moet het UWV nog een aantal nodige voorbereidingen treffen.. De belangrijkste wetswijziging is dat werknemers het recht op een uitkering van UWV krijgen als zij ouderschapsverlof opnemen in het eerste jaar na de geboorte van hun kind (en bij adoptie of pleegzorg tot een jaar na opname van het kind in het gezin, voor zover het kind jonger is dan acht jaar). De werkgever vraagt de uitkering aan, na afloop van het verlof.

Uitkering tijdens ouderschapsverlof is niet gelijk aan loon
In de Wet arbeid en zorg (WAZO) is bepaald dat de werknemer voor elk kind ouderschapsverlof kan opnemen. Het maximumaantal verlofuren per kind bedraagt 26 keer de wekelijkse arbeidsduur. Voor 9 van die 26 weken is straks een uitkering te ontvangen, op voorwaarde dat deze 9 weken binnen het eerste levensjaar van het kind vallen.

Uitkering beperkt
De uitkering is wel beperkt, namelijk 50% van het dagloon van de werknemer en maximaal 50% van het maximum dagloon. De zorg is dat de regeling daarom voor laagbetaalde werknemers niet bruikbaar is; ze houden te weinig geld over.
Demissionair minister Koolmees van SZW heeft nu besloten een bepaling aan het voorstel toe te voegen. Die bepaling maakt het mogelijk om nog vóór het ingaan van de wet het percentage te verhogen naar 70%, als het nieuwe kabinet dat wil en daar budget voor weet vrij te maken. Is de wet eenmaal definitief en wenst de Kamer toch een ander percentage, dan is een wetswijziging nodig.

Wijzigingen in aanvullend geboorteverlof en Wet flexibel werken
Het wetsvoorstel bevat nog meer maatregelen. Zo wordt vastgelegd dat een werknemer aanvullend geboorteverlof kan stopzetten bij onvoorziene omstandigheden zoals ziekte en krijgen ook niet-verzekerde werknemers (dga’s) recht op een uitkering bij aanvullend geboorteverlof. Verder kunnen straks, alle werknemers die mantelzorgen of jonge kinderen hebben, een verzoek indienen op basis van de Wet flexibel werken (WFW). Op organisatie- of cao-niveau valt voor hen niet af te wijken.
De zorg is dat de regeling daarom voor laagbetaalde werknemers niet bruikbaar is; ze houden te weinig geld over.
Demissionair minister Koolmees van SZW heeft nu besloten een bepaling aan het voorstel toe te voegen. Die bepaling maakt het mogelijk om nog vóór het ingaan van de wet het percentage te verhogen naar 70%, als het nieuwe kabinet dat wil en daar budget voor weet vrij te maken. Is de wet eenmaal definitief en wenst de Kamer toch een ander percentage, dan is een wetswijziging nodig.

Eerste 9 weken alleen in eerste levensjaar
Een belangrijk element is dat de eerste negen weken alleen worden betaald als deze in het eerste levensjaar van het kind worden opgenomen. Daarmee krijgen gezinnen meer tijd om te wennen aan de nieuwe situatie en om samen bewust keuzes te maken over de verdeling van werken en zorgen. Verlof dat niet in het eerste jaar is opgenomen kan worden toegevoegd aan de 17 weken onbetaald verlof. Deze kunnen nog steeds tot de 8e verjaardag van het kind worden opgenomen, maar dus zonder betaling. Het blijft mogelijk voor werkgevers en werknemers om daar aanvullende afspraken over te maken.
De invoering van betaald ouderschapsverlof volgt op de invoering van extra geboorteverlof voor partners. Sinds 1 januari 2019 krijgen partners geen twee, maar vijf werkdagen vrij direct na de geboorte van hun kind. Vanaf 1 juli 2020 krijgen zij nog eens vijf weken betaald verlof in de eerste zes maanden van een baby. Daarmee krijgen partners van moeders in het eerste levensjaar van het kind in totaal vijftien weken betaald verlof. Moeders hebben ook recht op deze negen weken betaald ouderschapsverlof, naast het bestaande zwangerschaps- en bevallingsverlof. Het kabinet geeft met deze besluiten ook invulling aan de Europese richtlijn over de werk-privébalans.

Eerste Kamer stemt voor betaald ouderschapsverlof

Het voorstel voor de Wet betaald ouderschapsverlof is ook aangenomen door de Eerste Kamer. De Eerste Kamer wil echter dat de uitkering verhoogd wordt naar 70% van het dagloon.
  
In april schaarde een meerderheid van de Tweede Kamer zich al achter het wetsvoorstel. Het voorstel is een uitwerking van een Europese richtlijn voor een betere werk-privébalans. De invoering van een uitkering tijdens 9 van de 26 weken ouderschapsverlof is de belangrijkste maatregel. Een werknemer kan deze uitkering alleen ontvangen voor verlofweken in het eerste jaar na de geboorte van het kind (en bij adoptie of pleegzorg tot een jaar na opname van het kind in het gezin, voor zover het kind jonger is dan acht jaar). De werkgever vraagt de uitkering aan, na afloop van het verlof.

Motie voor uitkering van 70% dagloon aangenomen

Net als bij het aanvullende geboorteverlof is de hoogte van de uitkering discutabel. De werknemer krijgt 50% van zijn dagloon. Bovendien is het gemaximeerd op 50% van het maximumdagloon. Dit zou ertoe kunnen leiden dat het ouderschapsverlof met name voor laagbetaalde werknemers minder aantrekkelijk blijft. Vanwege deze zorg voegde demissionair minister Koolmees van SZW een bepaling toe aan het wetsvoorstel. Hierin staat dat het uitkeringspercentage nog vóór het ingaan van de wet te verhogen is naar 70%, als het nieuwe kabinet dat wil en daar budget voor weet vrij te maken. Een meerderheid van de Eerste Kamer heeft nu een motie aanvaard waarin het kabinet wordt verzocht om het uitkeringspercentage inderdaad te verhogen van 50% naar 70%.
 

Partnerverlof nadeliger voor laagste inkomens

Aanvullend partnerverlof opnemen is voor mensen met een inkomen rond het minimumloon duurder dan voor iemand met een modaal inkomen. Door belastingeffecten valt hun inkomen tijdens het verlof veel harder terug, zo blijkt uit berekeningen van NRC. (Bron: NRC, 20 aug. 2021)

UWV betaalt verlofuitkering aan nieuwe werkgever

Heeft een werknemer recht op een uitkering bij ouderschapsverlof en vertrekt hij naar een andere werkgever, dan mag hij de resterende verlofweken daar opnemen. UWV kan vanaf nu het betaald ouderschapsverlof aan de nieuwe werkgever uitbetalen.
Een werknemer heeft per kind jonger dan 8 jaar recht op 26 maal de arbeidsduur per week aan ouderschapsverlof. Sinds 2 augustus 2022 is bovendien geregeld dat de werknemer voor 9 van de 26 weken verlof een uitkering kan krijgen van UWV. Deze 9 weken zijn alleen op te nemen in het eerste levensjaar van het kind (of bij adoptie of pleegzorg in het jaar na opname van het kind in het gezin, voor zover het kind jonger is dan acht jaar). De uitkering bedraagt 70% van het dagloon, met een maximum van 70% van het maximumdagloon. De aanvraag en betaling van de uitkering verloopt in principe via de werkgever. Krijgt een werknemer een nieuwe baan terwijl hij zijn verlofrechten nog niet volledig verbruikt heeft, dan kan hij die rechten meenemen naar de nieuwe werkgever. UWV heeft in zijn nieuwsbrief een update over deze situatie gegeven.

Bij nieuwe werkgever geen wijziging van uitkering

De werknemer kan zijn resterende weken ouderschapsverlof bij zijn nieuwe werkgever opnemen. Dit regelt de werknemer zelf met die werkgever. De werknemer kan zijn oude werkgever vragen om een verklaring over het resterend aantal weken betaald en onbetaald ouderschapsverlof (toolbox). De oude werkgever is verplicht om die verklaring op te stellen.
Als de werknemer (een deel van) het overgebleven betaald ouderschapsverlof heeft opgenomen in zijn nieuwe baan, kan die werkgever UWV verzoeken om de uitkering uit te betalen. De werkgever hoeft geen aanvraag voor verlof in te dienen bij de uitkeringsinstantie. De hoogte van de uitkering is al bij de eerste aanvraag vastgesteld. Die wijzigt niet meer. Als de werknemer veel meer verdient in zijn nieuwe baan, heeft hij dus pech. Maar neemt de werknemer extra weken verlof op, dan is een hogere uitkering wél mogelijk.

Aanvraag uitkering gebeurt na eerste verlofopname

Bij de invoering van het betaald ouderschapsverlof (infographic) werd geregeld dat de uitkeringsaanvraag mogelijk is ná de eerste opname van betaald ouderschapsverlof. De aanvraag moet gaan over hele weken, maar het verlof is wel flexibel te spreiden. UWV stelt het recht op, de hoogte en de maximale duur van de uitkering maar één keer vast. UWV betaalt de uitkering nadat het verlof is genoten. Voor verlof dat wordt genoten ná de eerste aanvraag, kan een werkgever ten hoogste tweemaal verzoeken om verdere betaling van de uitkering.

Nieuwe regels ouderschapsverlof, in het onderwijs

Vanaf 2 augustus 2022 gelden er nieuwe regels voor ouderschapsverlof: In heel Nederland krijgen beide ouders in het eerste levensjaar van hun kind negen weken vrij tegen 70 procent van het UWV-maximumloon.

In bijna alle onderwijscao’s zijn de regelingen echter beter dan deze nieuwe Europese richtlijn. Check de afspraken in jouw sector.

In de nieuwe cao's hebben alle onderwijssectoren, behalve het hbo, nieuwe afspraken over het ouderschapsverlof. In veel gevallen is het percentage dat werknemers krijgen als zij verlof opnemen, verhoogd. Het kabinet wil ouders stimuleren het verlof in het eerste levensjaar van het kind op te nemen, vaak is daar in de nieuwe cao-afspraken rekening mee gehouden.

Primair onderwijs: Hoger percentage loon doorbetaald

Alle medewerkers hebben in totaal 1040 uur recht op ouderschapsverlof totdat het kind 8 jaar is. Een deel hiervan, 415 uur (dit is ruim 10 weken), is betaald. Het betaalde deel was dus al ‘groter’ dan de nieuwe wet nu biedt en dat verandert niet. De onderhandelaars hebben het betaalde deel wel weten op te plussen: eerst kregen werknemers 55 procent van hun loon doorbetaald als zij het ouderschapsverlof opnamen. Dit percentage is verhoogd naar 75 procent, de voorwaarde is dan wel dat medewerkers het verlof in het eerste levensjaar van het kind opnemen. AOb-sectorbestuurder Anton Bodegraven: “Neem je niet alle betaalde 415 uren in het eerste levensjaar op, dan kun je het resterende deel inzetten totdat je kind 4 jaar oud is. Alleen dan geldt wel weer het oude percentage van 55 procent. Dit is in lijn met de nieuwe wet, want die wil dat ouders vooral in het eerste levensjaar verlof opnemen omdat uit onderzoek blijkt dat dit gunstig is in de verdeling van de taken. Ook medewerkers die eerder al een deel betaald ouderschapsverlof hebben opgenomen, kunnen als hun kind nog in het eerste levensjaar zit 75 procent ontvangen vanaf augustus.”

Voortgezet onderwijs: 'Een nog mooiere regeling'

“De regeling was al mooi, maar we hebben het ouderschapsverlof verder verbeterd in onze sector”, zegt AOb-sectorbestuurder Herman Molleman die aan de onderhandelingstafel zit. In totaal hebben alle docenten en ondersteuners in het voortgezet onderwijs recht op 830 uur ouderschapsverlof per kind. Van dit deel is de helft, 415 uur (zo'n 11 weken) betaald. Ook in deze sector is de ‘geest van de wet’ en dus expliciet het eerste levensjaar van het kind meegenomen in de nieuwe afspraken. Alle medewerkers die het betaalde deel in het eerste levensjaar opnemen, krijgen nu niet meer 55 procent, maar 75 procent van hun eigen loon uitgekeerd. “Dat is een plus”, zegt Molleman. Wil je dat niet? Dan kan het betaalde verlof altijd nog worden opgenomen totdat het kind 4 jaar oud is, maar dan geldt de oude regel: de werkgever betaalt dan 55 procent van het loon door. Het onbetaalde deel kun je opnemen totdat je kind 8 jaar oud is.

Middelbaar beroepsonderwijs: Veel keuzemogelijkheden

“In deze sector zijn de voorwaarden van de wet overgenomen en krijgen medewerkers een hoger percentage over het ouderschapsverlof. Ook zijn er veel keuzemogelijkheden waardoor werknemers over een langere periode betaald ouderschapsverlof kunnen krijgen”.
In het mbo hebben werknemers recht op maximaal 830 uur betaald ouderschapsverlof, dit verandert niet. Ze kunnen dit onder bepaalde voorwaarden opnemen. De nieuwe wet zorgt ervoor dat medewerkers - we gaan uit van iemand met een voltijdbaan - in het eerste levensjaar van het kind 360 uur (de 9 weken) kunnen opnemen tegenover 70 procent van het loon tot het maximum van het UWV-dagloon. Dit loon staat in het mbo gelijk aan het einde van een LB-salarisschaal. Het resterende deel, dit is 470 uur (830-360 uur) kan je inzetten naar keuze. Jansen: “Je kunt kiezen om 415 uur op te nemen tegenover 55 procent van je loon en dit verlof moet starten wanneer je kind nul, één of twee jaar oud is. Dit is zoals het in de cao stond. Een andere leeftijd aanvangen kan ook tot acht jaar, maar dat kan alleen in overleg met je werkgever. Maar als je de hele 470 uur betaald wilt inzetten, kan dat ook. Alleen het percentage is dan lager en ongeveer 48 procent. Dit percentage wordt met een speciale formule berekend. Voor parttimers geldt dit alles naar rato. Ik adviseer om je goed te laten voorlichten over de voorwaarden, in het mbo is de regeling best ingewikkeld, maar er zijn wel veel opties en maatwerk voor de werknemer mogelijk. AOb-leden kunnen de bond bellen voor advies en daarna een goed plan maken.”

Hoger beroepsonderwijs: Afspraken per hogeschool

In het hbo zijn er geen collectieve afspraken gemaakt over het ouderschapsverlof. Hogescholen regelen dit zelf. Vaak zijn de regelingen beschikbaar via het intranet, dus zoek ze op of vraag ernaar bij de collega’s van personeelszaken. Zij kunnen uitleg geven over welke regelingen gelden op jouw hogeschool.: “Op vrijwel alle hogescholen zijn er aanvullende regelingen. Deze worden betaald uit de middelen voor decentrale arbeidsvoorwaarden op hogescholen. In de cao staat dat hogescholen aanvullende arbeidsvoorwaarden móeten afspreken. Hier is 1,41 procent van de totale loonsom voor beschikbaar. In overleg met de vakbonden kunnen scholen keuzes maken hoe ze dit geld besteden. Vrijwel altijd is ouderschapsverlof een bestedingsdoel.”

Wetenschappelijk onderwijs: Percentage ouderschapsverlof opgeplust

Medewerkers bij universiteiten hebben in totaal 26 weken recht op ouderschapsverlof. De helft hiervan, 13 weken, is betaald. “Dit konden werknemers opnemen totdat hun kind 8 jaar is. Zij kregen dan 62,5 procent van hun loon doorbetaald”,  Door de nieuwe wet plust het percentage op naar 70 procent van het eigen salaris en dus niet van het UWV-maximumloon. Wel moeten medewerkers het in het eerste levensjaar van hun kind opnemen. “Wil je het niet in het eerste levensjaar opnemen, dan mag je gebruikmaken van de oude regeling of een resterend deel tegenover de oude voorwaarden opnemen. In overleg met de werkgever kun je bekijken hoe je het verlof wilt inzetten. Je mag het opsplitsen of uitsmeren of aaneengesloten opnemen.” Medewerkers aan onderzoeksinstellingen hebben een eigen cao. Daarover wordt op dit moment nog onderhandeld.