Een wachtgeldregeling is belast, maar bovenmatige reiskosten en een auto van de zaak ook
Opinie | do 5 dec 2019 | Bron: HR-kiosk en HP de Tijd | Auteur: Andries Bongers | Trefwoorden: Forfaitaire regeling, Wachtgeld, Reis- en verblijfkosten, Verblijfvergoeding, Reiskostenvergoeding
Een wachtgeldregeling is dus belast, maar bovenmatige reiskosten en een auto van de zaak ook.
De schijnwerpers zijn gericht op VVD-fractievoorzitter Klaas Dijkhoff. Wij melden dat al in het Nieuws van 24 november.
Nog even de feiten:
Een 'gewoon' lid van de Tweede Kamer ontvangt per 10 april 2019 een schadeloosstelling van ruim € 120.000 op jaarbasis, inclusief vakantietoeslag en een eindejaarsuitkering.
Een fractievoorzitter krijgt nog wat meer. Voor Dijkhoff is die toeslag € 12.600.
Omdat Dijkhoff een tweeënhalf jaar staatsecretaris (asiel) is geweest en een kleine 4 weken minister (defensie) ontvangt hij in 2019 circa € 37.000 wachtgeld.
Dijkhoff die in Breda woont krijgt verder een 'verblijfvergoeding' van € 18.000 netto en € 4.900 voor binnenlands reisverkeer.
Een bovenmatige reiskostenvergoeding is gewoon belastbaar loon
Vooral de wachtregeling is bijzonder. Iemand kan zelf bepalen of hij dat geld wil hebben. Een merendeel van bewindslieden ziet er vanaf, zo niet de heer Dijkhoff. De kwestie verdeelt de Tweede Kamer voor de zoveelste keer tot op het bot.
Het ministerie van Binnenlandse Zaken gaat jaarlijks een overzicht publiceren van alle wachtgelduitkeringen aan ex-politici. Het eerste overzicht verschijnt in januari volgend jaar, heeft minister Knops besloten.
VVD-fractievoorzitter Klaas Dijkhoff ziet nu verder af van wachtgeld. Hij zet zijn "mening opzij" nu hij opnieuw in opspraak is gekomen door een ten onrechte ontvangen reiskostenvergoeding. Dijkhoff streek de afgelopen tijd € 4900 per jaar op voor reiskosten die hij niet maakte, ontdekte HP De Tijd. De tweede man van de VVD had ook nog een auto met chauffeur.
Bijtelling over de auto van de zaak? En waarom niet?
Afgezien van het feit, dat Klaas Dijkhoff een "verblijfvergoeding" kreeg van € 18.000,00 per jaar (onbelast) en een "auto van de zaak" kreeg, is om beide redenen een onbelaste reiskostenvergoeding absurd en gewoon een bovenmatige beloning waarover 51,75% loonheffing had moeten plaatsvinden. Wij vragen ons af of over de "auto van de zaak" wel 25% bijtelling is verricht? En zo neen, waarom niet?
En, wanneer wachtgeld is toegekend en het niet kan worden teruggevorderd, noch teruggestort, dan moet over dat deel dat terugbetaald wordt nog wel loonheffing worden betaald. De terugstorting is immers een gift (?).
Premier Rutte verdedigt de uniforme vergoeding van reiskosten dat het nu eenmaal een forfaitair bedrag is. Het begrip forfaitair wordt hier wel heel ruim uitgelegd. Een forfaitaire onkostenvergoeding wordt in overleg met de Belastingdienst (of opgelegd door de Belasting) vastgesteld en benadert meestal de werkelijke kosten, maar is zeker geen excuus om bovenmatige onbelaste betalingen te doen. Wie heeft deze vergoeding toegestaan? Terwijl de forfaitaire vergoeding van de woon-werk kilometer al jarenlang maar € 0,19 is?