Inhoud
- Faillissementsfraude zwaarder gestraft
- Zaak FNV tegen thuiszorgaanbieder Axxicom te complex voor kort geding
- Misbruik van faillissementsrecht: bestuurders privé aansprakelijk
- Fraudezaak met plof-bv’s
- Faillissements- en uitkeringsfraude vennoot accountantskantoor
Faillissementsfraude zwaarder gestraft
Frauderen bij faillissementen wordt harder aangepakt, de Eerste Kamer ging op 12 april 2016 akkoord gegaan met twee wetsvoorstellen daarvoor. De twee wetsvoorstellen, onderdeel van het wetgevingsprogramma
Herijking Faillissementsrecht, treden naar verwachting op 1 juli 2016 in werking.
Een malafide bestuurder mag voortaan vijf jaar na zijn of haar gesjoemel geen bestuursfunctie of commissariaat meer hebben. Bovendien wordt het strafbaar als de administratie niet te achterhalen is. Oplichters ontspringen nu nogal eens de dans door die helemaal niet bij te houden. (Bron: SalarisNet, 6 apr. 2016)
Zaak FNV tegen thuiszorgaanbieder Axxicom te complex voor kort geding
De zaak van vakbond
FNV tegen thuiszorgaanbieder Axxicom is te complex om af te handelen in een kort geding. Dat bepaalde een rechter 13 september 2016, maakt de vakbond bekend.
FNV Zorg & Welzijn was naar de rechter gestapt om een behoud van arbeidsvoorwaarden te regelen voor ruim tweeduizend werknemers die van het failliete TSN Thuiszorg overkwamen.
'We gaan uiteraard verder kijken hoe we de thuiszorgmedewerkers juridisch kunnen helpen”, zei
CAO-onderhandelaar Sarah Dobbe van FNV na de uitspraak. “Wij blijven van mening dat het niet rechtmatig is.' Sommige thuiszorgmedewerkers verliezen met de overstap een derde van hun inkomen, terwijl ze hetzelfde werk blijven doen als voorheen. FNV vindt zo’n verslechtering van de arbeidsomstandigheden niet kunnen.
Het kort geding werd door de vakbond namens drie thuiszorgmedewerkers aangespannen. De actie geldt ook voor duizenden andere oud-medewerkers van TSN die door andere thuiszorgorganisaties zijn overgenomen. Verschillende gemeenten besloten geen huishoudelijke hulp meer af te nemen bij TSN Thuiszorg, waardoor de instelling failliet ging. (Bron: Nu, 14 sep. 2016)
Misbruik van faillissementsrecht: bestuurders privé aansprakelijk
Kan er sprake zijn van misbruik van recht, indien een bedrijf het eigen faillissement aanvraagt? Vorig jaar wees de rechtbank Rotterdam een verzoek tot faillietverklaring af, omdat op voorhand duidelijk was dat sprake was van een lege boedel. En in een onlangs gepubliceerd arrest van het gerechtshof te Arnhem gaat het om een bedrijf dat op eigen aangifte failliet is verklaard, waardoor een zieke werknemer arbeidsrechtelijke bescherming werd onthouden. In hoger beroep werden de bestuurders van het failliete bedrijf in privé aansprakelijk geoordeeld. (Bron en meer: CM,
13 feb. 2019)
Redactie: Wordt komende periode ongetwijfeld vervolgd.
Fraudezaak met plof-bv’s
We hadden er nog niet van gehoord, 'plof-bv'. Het gaat om iemand die een bijna-failliete BV met schulden opkoopt en het daarna overdraagt aan katvangers*. Schuldeisers kunnen vervolgens geen aanspraak meer maken op vorderingen en verliezen daardoor miljoenen euro's. Op 19 maart 2019 vond er een proces plaats, over de uitkomst zal de redactie HR-kiosk pogen u t.z.t. te informeren.
* Een katvanger is iemand die in naam eigenaar of houder van een voertuig, bedrijf, bankrekening of iets dergelijks is, met als doel om de werkelijke eigenaar of houder buiten bereik van de justitiële autoriteiten te houden. (Bron: Wikipedia)
Faillissements- en uitkeringsfraude vennoot accountantskantoor
Jurisprudentie
18 aug. 2020. In termen van de rechtbank: "De verdachte heeft als bestuurder van twee failliet verklaarde vennootschappen de curator onjuiste en onvolledige inlichtingen verstrekt en heeft een onvolledige boekhouding gevoerd en ingeleverd bij de curator. De verdachte heeft voorts goederen aan de boedel onttrokken.
Daarnaast heeft de verdachte als ontvanger van een
WW-uitkering verzwegen aan het
UWV dat hij bestuurder was van vennootschappen en dat hij daarin werkzaamheden verrichtte.
Oplegging van een onvoorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van negen maanden met als bijkomende straf het verbod tot het uitoefenen van het beroep als bestuurder van een rechtspersoon voor de duur van vijf jaar ter bescherming van toekomstige schuldeisers."