Een opeenstapeling van jarenlang nietsdoen en wegkijken is een kwaadaardig virus

Opinie  |  vr 13 mrt 2020  |  Bron: HR-kiosk  |  Auteur: Andries Bongers  |  Trefwoorden: , , , , , , ,

Toenmalig minister Lodewijk Asscher en staatssecretaris Eric Wiebes werden in 2014 door de top van de Belastingdienst op de hoogte gebracht van de uitwassen van de doorgeschoten fraudejacht bij de dienst.
In plaats van in te grijpen, negeerden ze het probleem.
De Belastingdienst bracht tienduizenden gezinnen in zware financiële problemen door een keiharde regel: wie een fout maakt met kinderopvangtoeslag, moet niet alleen het te veel ontvangen bedrag terugbetalen, maar alles.

Niet ingrijpen en negeren

Maar de Belastingdienst wilde al in 2014 van die regel af. Daarover trokken ambtenaren aan de bel bij Asscher en Wiebes, maar die besloten niet in te grijpen. In een gesprek dat de top van de Belastingdienst had met de top van het ministerie, werd duidelijk gesteld dat de regel niet zou worden aangepast. Minister Asscher verdedigde nadien nog meermalen het harde beleid.
De fout van ouders, waar het in dit geval om ging, was het niet zelf betalen van de eigen bijdrage. Kinderopvangtoeslag mag namelijk nooit honderd procent van de kosten dekken: ouders moéten dus een eigen bijdrage betalen.

Minieme bedragen

In sommige gevallen boden kinderdagverblijven aan om die eigen bijdrage voor de ouders te betalen. Op die manier probeerden zij klanten te winnen. Juist bij ouders met een laag inkomen gaat het om minieme bedragen. Maar zelfs in die gevallen is de regel keihard: De ouders betaalden, onwetend van die regel, geen eigen bijdrage en hebben daarom geen recht op toeslag. Ouders kregen daardoor een terugvordering van NB het gehele bedrag, vaak tienduizenden euro's, terwijl ze een fout hadden gemaakt (op advies van het kinderdagverblijf) voor een bedrag van enkele honderden euro's of hooguit duizend euro voordeel.

Brokkenpiloten

Op 4 februari 2014 werd Wiebes benoemd tot staatssecretaris van Financiën als opvolger van Frans Weekers die op 30 januari 2014 was afgetreden.
In het najaar van 2016 raakt Wiebes (wederom) in politieke problemen. Hij heeft de Tweede Kamer bewust niet geïnformeerd over de problemen en overschrijdingen bij de vertrekregeling voor werknemers bij de Belastingdienst. In maart 2016 was Wiebes hierover al geïnformeerd. Verder zweeg hij over het vroegpensioenkarakter van de regeling in de Kamer en dit werd hem in januari 2016 al gemeld. Verder is, tegen de procedures in, geen advies gevraagd aan een speciale commissie die moest adviseren over de reorganisatie.

Verzekeringsplicht, wat is dat?

Wat nauwelijks bekend wordt, is dat Wiebes ook verantwoordelijk was (samen met Asscher) voor het feit dat vanaf 2006  de Belastingdienst (bewust) geen controle uitoefende op de zogenaamde “verzekeringsplicht”. Ten onrechte heeft de Belastingdienst “werknemers in de zin van de sociale wetgeving”, een zelfstandigen status toegekend. Het gevolg is nu dat we meer dan een miljoen schijnzelfstandigen hebben, waarvan het grootste deel onverzekerd hun werk verrichten. Maar ook Asscher was daar verantwoordelijk voor.

De Wet DBA

De wet DBA, die in 2016 is aangenomen, is niet uitgesteld, maar de overgangsperiode is verlengd, stelt Staatssecretaris Wiebes in antwoord op de vragen van Tweede Kamerleden van Weyenberg (D66) en Omzigt (CDA). "In strikt formele zin betreft de wet immers alleen de afschaffing van de VAR en dat heeft reeds zijn beslag gekregen". Een absolute gotspe! De wet DBA is immers een poging om de toepassing van een bestaande wet uit 1953 en 1964 met betrekking tot de "verzekeringsplicht" eindelijk eens te gaan handhaven.

De Belastingdienst (die bewust de wet vanaf 2006 niet heeft toegepast) vraagt zich intussen af of er dan geen naheffing moet volgen, als er (zo goed als zeker) sprake van een dienstbetrekking? Maar zonder nadere regelgeving voelt de Belastingdienst zich daartoe niet verplicht. (Bron: Min.Fin, 1 dec. 2016 e.a.)

Brief Wiebes met de oplossing

"ZZP-ers en opdrachtgevers hebben niets te vrezen van eventuele boetes en naheffingen". Dat staat in een brief, die staatssecretaris Wiebes (Financiën) heeft verstuurd naar enkele tientallen branches in 2016 (na 10 jaren van gedogen en ten onrechte afgeven van VAR-verklaringen).

,,Als een opdrachtgever een ZZP-er inhuurt en de Belastingdienst achteraf constateert dat er sprake is van loondienst, zal de fiscus geen naheffing, boetes en correctieverplichtingen voor de loonheffingen opleggen. In dat opzicht kunnen opdrachtgevers dus met een gerust hart zaken doen met ZZP-ers”, aldus Wiebes. Begin februari 2017 kregen ruim een half miljoen ZZP-ers een brief met dezelfde strekking.

Vooral de grote bedrijven die soms wel honderden ZZP-ers inhuren bleven echter huiverig. Zij kunnen het niet aan hun aandeelhouders verkopen dat ze mogelijk kwaadwillend bezig zijn geweest.

Uitstellen is ook een kwaadaardig virus

In zijn tweede voortgangsupdate van 26 november 2018 liet minister Koolmees (die het probleem inmiddels in de schoenen werd geschoven) weten dat de nieuwe wet DBA minstens een jaar langer op zich laat wachten. Dus niet eerder dan 2020 zal worden toegepast.

Komen ZZP-ers ook in aanmerking voor werktijdverkorting?

Ondersteund met allerlei vage bedoelingen en verwijzend naar Europese wetgeving werd de Wet Deregulering Beoordeling Arbeidsrelaties (DBA) opnieuw uitgesteld. Deze zal nu op z’n vroegst in 2021 ingaan.
En steeds weer zullen we ons afvragen waarom 1 miljoen schijnzelfstandigen, die we ZZP-ers noemen, onverzekerd hun werk verrichten.
 
Sinds 26 oktober 2017 is Wiebes in het kabinet-Rutte III minister van Economische Zaken en Klimaat en mede verantwoordelijk voor het oplossen van de Groningse kwestie.
  
Lees ook: Hoezee, hoezee iedereen ZZP
Lees ook: De wet DBA, de kleren van de keizer
 
 
 

Andries Bongers

Andries Bongers Meer info